Over drie dagen begint het EK voetbal en ik kan daar dus heel erg naar uitkijken. Normaal kijk ik eigenlijk alleen wedstrijden van PSV en het Nederlands Elftal live, maar als er een EK of liever WK voetbal is, geniet ik oprecht van wedstrijden als Wales - Zwitserland en Polen tegen Slowakije. Het toernooi maakt van de wedstrijd meer dan wat het eigenlijk is: een potje voetbal. Nee het wordt een onlosmakelijk onderdeel van een prachtig saamhorigheidsgevoel. Al die wedstrijdjes - zelfs de 0-0 potjes met amper kansen - staan onlosmakelijk verbonden met dat ene doel: de cup. De FIFA-wereldbeker is natuurlijk de mooiste prijs die een voetballer ooit in handen kan krijgen, maar man wat een eer om ooit een groot toernooi te winnen natuurlijk. Wat meetelt in het saamhorigheidsgevoel is normaal gesproken dat al die landen naar één of twee gastlanden komen om daar te spelen. Dát is vind ik onderdeel van het EK- (of WK-)gevoel. Dit jaar is het EK in tal van landen, waaronder Nederland. Leuk voor ons, maar het doet - lijkt me - wel iets af aan het gevoel met één toernooi bezig te zijn. Ik hoop dat het meevalt en dat het mij (en andere voetballiefhebbers) niet stoort dat veel grote landen hun wedstrijden spelen (Nederland, Spanje, Italië, Duitsland, Engeland). Maar het lijkt me vooral ook sportief niet helemaal eerlijk: deze landen spelen allen drie keer thuis, andere landen vaak niet één keer. Bovendien hebben de niet-thuisspelende landen veel meer reiskilometers te maken. Het wordt dan ook - vrees ik - een oneerlijker toernooi dan ooit. De kans dat een oudsider wint lijkt me dan ook bijzonder klein. Alleen Frankrijk en België hebben op papier wellicht een sterk genoeg team om te compenseren dat ze alles uit spelen.
top of page
Post: Blog2 Post
bottom of page
Comments