Noël moest al een paar dagen hoesten, maar gisteren - tijdens Otis z’n ‘vrienden-en-familie-feestje’ nam dat hoesten wel heel erg groteske vormen aan. Er was in de eerste plaats gehoest van Noël en daarnaast hadden we ook nog bezoek. ‘Zo kan hij morgen toch niet mee in de trein,’ besloot ik ‘s avonds net voordat het eten op tafel stond. Nee, dat kon niet zo. Er moest toch getest worden. We hoopten dat dat niet nodig was, want testen is verplicht thuis blijven en dus het feestje van zondag missen en met een beetje pech ook maandag school. Omdat Noël nog altijd geen DigiD heeft (ja, dom, ik weet het, want dat hadden we allang kunnen regelen) moesten we bellen. Ik kwam via een keuzemenu bij een jonge vrouw uit die er ook niet heel veel zin in had. Ze nam de standaard vragen door (is hij gevaccineerd: nee!) en besloot vervolgens dat we zondagochtend om 9:50 uur terecht konden bij de teststraat waar ik dinsdag ook al was geweest. Zo stopte ik deze keer met Noël met de fiets voor het troosteloze gebouw. Deze keer was het echter ronduit druk. Het viel misschien extra op omdat het zondagochtend was en de rest van de weg er naar toe dus uitgestorven bleek, maar er stond zelfs een rij voor de ingang om binnen te komen. Eenmaal binnen was ook de looproute aangepast. Als ware het de Efteling was de rij nu met een paar extra kronkeltjes opgeleukt, zodat er nog meer mensen konden wachten binnen. Er werd zowaar afstand gehouden (dat mag ook wel aangezien zo’n 17 % van iedereen die naar zo’n teststraat komt corona blijkt te hebben!) en er was even hilariteit toen een vrouw blijkbaar aan het wegdromen was en in gedachten verzonken de hele rij deed opstoppen. Na een paar minuten waren we aan de beurt. Toen ging het opeens zo snel. De vrouw achter de balie vroeg Noël naar zijn achternaam maar ze verstond hem door zijn mondkapje niet. Ik vulde het maar voor hem in. Voor ik het wist had hij een stok in z’n keel en daarna in z’n neus en konden we weer gaan. Ze mompelde nog iets over 48 uur, maar we werden alweer naar buiten gebonjourd. ‘Dat viel wel mee, een stuk minder vervelend dan de vorige keer,’ wist Noël. Al hoesten liep hij langs de rij wachtenden bij de ingang weer naar buiten. Ik pakte Noël vast en wendde hem van de mensen af. ‘In je elleboog!’
top of page
Post: Blog2 Post
bottom of page
Comments