Er klinkt een Jurassic Park muziekje door de laserkamer in de kelder van het RKZ. Otis probeerde nog een paar seconden te kijken naar het schermpje van mijn telefoon maar als ik even wordt afgeleid door een van de mensen die ook in de kamer staat, zie ik daarna dat zijn ogen al dicht zijn gevallen. Het geschreeuw van Otis die “Ik wil naar huis,” roept, dendert nog even door in mijn hoofd. Eindelijk zat het infuus er in en eindelijk kon zijn behandeling beginnen. In een wachtruimte een paar meter verderop mag ik weer koffie drinken. Tot nu toe was ik solidair met Otis nuchter gebleven, op een banaantje in de ochtend na. Ik app naar Marjolein hoe het gegaan is. De eerste keer verschrikkelijk: het inprikken van het infuus lukte tot vier of vijf maal toe in zijn handen niet. Na een kwartiertje gaven ze het op. Otis mocht weer naar boven naar de kinderafdeling om daar met nieuwe warmtepleisters op een andere plek, proberen snel warm te worden. Hij kreeg een extra dikke deken en mijn en zijn eigen jas over zijn bed. Met een filmpje wilde ik hem nog even afleiden maar er werd al gebeld dat we weer naar beneden konden. De verpleegkundige vroeg aan Otis hoe het ging. Hij kon alleen nog maar zeggen dat hij naar huis wilde gaan. Ja, maar eerst nog even terug naar de lift en dan naar de kelder. Otis kreeg daar een vogel op z’n vinger die in balans bleef. Ondertussen werd nu wel in een keer zijn infuus goed geprikt.
top of page
Post: Blog2 Post
bottom of page
Comments