Zoeken op de website
992 items gevonden voor ""
- Johan Cruijff Schaal live op SBS6, € 135.000,- voor winnaar
De wedstrijd om de Johan Cruijff Schaal tegen Feyenoord is aanstaande zaterdag live te volgen op SBS6. De winnaar van het duel kan € 135.000,- aan prijzengeld bijschrijven. In de rust krijgt PSV-jeugdspeler Jasper Waalkens de prijs voor beste A-junior van het afgelopen seizoen uitgereikt uit handen van Pierre van Hooijdonk. Officiële opening SBS6 verzorgt de rechtstreekse uitzending van de opening van het seizoen 2008-2009 met het duel om de Johan Cruijff Schaal tussen landskampioen PSV en bekerwinnaar Feyenoord. Traditiegetrouw wordt de officiële opening van het seizoen gespeeld in de Amsterdam Arena, die naar verwachting gevuld zal zijn met 37.000 toeschouwers. In totaal is er voor de wedstrijd om de Nederlandse supercup € 225.000,- prijzengeld beschikbaar, waarvan € 135.000,- voor de winnende club 17.30 uur In de rust van de wedstrijd zal oud-international Pierre van Hooijdonk prijzen uitreiken aan de beste spelers en topscorers van de diverse jeugdcompetities van afgelopen seizoen. PSV’er Jasper Waalkens, die vorig jaar in de A1 van PSV speelde en dit jaar bij Jong PSV is aangesloten, krijgt de prijs als beste speler van de A-juniorencompetitie. De uitzending, die wordt gepresenteerd door Edward van Cuilenborg met Erwin Koeman als analist, duurt van 17.30 uur tot 20.15 uur. Het commentaar tijdens de wedstrijd is van Leo Oldenburger en de interviews langs het veld worden verzorgd door Hans Kraaij junior. Vanaf 14.30 uur is de ArenA voor het publiek geopend; de wedstrijd zelf begint om 18.00 uur. Bron: PSV.NL
- Splitsing uitvak gereed voor eerste thuiswedstrijd
In het Philips Stadion is begonnen met het opsplitsen van het uitvak. Omdat de bezoekerstribune zelden vol zit, wordt deze deelbaar gemaakt. Hierdoor kan PSV bij de meeste duels 800 extra kaarten in de losse verkoop aanbieden aan eigen supporters. Voor de eerste thuiswedstrijd moeten de aanpassingen af zijn. Rendement De maatregel is genomen om meer rendement te halen uit de plaatsen in het Philips Stadion. Nu is het uitvak (1600 zitplaatsen) slechts bij enkele wedstrijden goed bezet. Met ingang van dit seizoen kan het uitvak gehalveerd worden tot 800 plaatsen, waardoor de overige 800 plaatsen beschikbaar komen voor de aanhang van PSV. Alleen bij de wedstrijden tegen Ajax, Feyenoord en ADO Den Haag zal het gehele vak MM worden gevuld met supporters van de tegenpartij. Nieuw hek Om deze maatregelen mogelijk te maken wordt er deze week in het midden van het uitvak een nieuw hek geplaatst. Daarnaast zal de doorgang in het trappenhuis worden gescheiden, zodat de verschillende supportersgroepen niet bij elkaar in de buurt kunnen komen. Ook worden er aanpassingen verricht aan het veiligheidsnet, zodat deze per deel van het vak afzonderlijk kunnen worden gebruikt. De aanpassingen moeten afgerond zijn vóór de eerste thuiswedstrijd van PSV. Op zaterdag 13 september is Sparta Rotterdam de tegenstander en voor dit duel zullen de kaartjes voor het ‘thuisgedeelte’ van MM voor het eerst in de losse verkoop komen. Bron: PSV.NL
- De Treffers vanavond tegenstander in laatste oefenwedstrijd
Op Sportpark Zuid in Groesbeek neemt PSV het vanavond in zijn laatste wedstrijd van de voorbereiding op tegen de amateurs van De Treffers. De hoofdklasser is de laatste tegenstander voordat het seizoen dit weekeinde echt van start gaat, met de wedstrijd tegen Feyenoord om de Johan Cruijff Schaal. Hoofdklasser De Treffers komt uit in de zondaghoofdklasse C. Het is de enige amateurclub die alle seizoenen (sinds de oprichting van de hoofdklasse in 1974) in de hoogste amateurdivisie heeft geacteerd. Zeven maal ging de Groesbeekse club daarin met de afdelingstitel aan de haal, waarvan in 2005 voor het laatst. In 1991 en 1998 was de club zelfs algeheel amateurkampioen van Nederland. Tijdens het seizoen 1987-1988 speelde PSV al eens voor de KNVB-beker tegen de Gelderlanders. PSV, dat later dat gouden seizoen de beker ook zou winnen, versloeg in de eerste ronde De Treffers toen met 0-6. Laatste test PSV kan in Groesbeek niet beschikken over een flink aantal spelers met interlandverplichtingen. Ook de uitgeschakelde olympiërs Bakkel, Marcellis en Pieters sluiten zich later deze week pas weer aan bij de selectie. Voor het team van hoofdcoach Huub Stevens is het na zes weken voorbereiding de laatste test, voordat zaterdag Feyenoord de tegenstander is in het duel om de Johan Cruijff Schaal. PSV versloeg in de oefencampagne v.v. Gestel en SV Vaassen, maar moest de laatste vijf oefenduels tegen respectievelijk VVV Venlo, Sporting, Newcastle, Everton en Mallorca genoegen nemen met een gelijkspel. Kaarten zijn vanaf 16.00 uur te koop aan de kassa’s van het sportpark. Op het Nijerf en het parkeerterrein van De Treffers mag niet geparkeerd worden. Het parkeerterrein van Bar Dancing De Hoeve in Groesbeek aan de Herwendaalseweg kan gebruikt worden om te parkeren. De wedstrijd De Treffers – PSV op Sportpark Zuid in Groesbeek begint om 19.00 uur. Meer informatie is te vinden op de website van De Treffers. Bron: PSV.NL
- Kezman vanmiddag gepresenteerd bij Paris Saint-Germain
Voormalig PSV’er Mateja Kezman verhuist van Fenerbahçe naar het Franse Paris Saint-Germain. De 29-jarige spits kwam tussen 2000 en 2004 vier seizoenen uit voor PSV. In die periode werd hij tweemaal kampioen van Nederland en meervoudig topscorer. Kezman moet nog medisch gekeurd worden bij zijn nieuwe club. Drie keer topscorer Kezman speelde de afgelopen twee jaar voor Fenerbahçe SK, de nummer twee van Turkije. Daarvoor was de Serviër, die zijn carrière begon bij FK Zemun, in dienst van Chelsea en Atlético Madrid. Tussen 2000 en 2004 stond Kezman bij PSV onder contract. De 49-voudig international werd in die periode drie keer topscorer van de Nederlandse Eredivisie en won in het seizoen 2002-2003 de Zilveren Schoen van Europa met 35 treffers. Vandaag ondergaat de centrumspits een medische keuring, waarna hij vanmiddag in Parijs wordt gepresenteerd. Paris Saint-Germain wordt gecoacht door Paul Le Guen, voormalig succestrainer van Olympique Lyon. Bron: PSV.NL
- KNVB bekerwedstrijd gratis en in teken van KWF
De bekerwedstrijd tussen Jong PSV en PSV, die op dinsdag 23 september wordt gespeeld in het Philips Stadion, komt in het teken te staan van KWF Kankerbestrijding. De toegang tot het bijzondere duel is geheel gratis. Het vroege aanvangstijdstip (18.45 uur) leent zich bovendien bij uitstek voor de jeugdige supporters. Philips Stadion, 18.45 uur PSV vraagt geen entreegeld voor het duel in de tweede ronde van de KNVB beker, maar doet in plaats daarvan een beroep op alle bezoekers om een donatie te doen aan KWF Kankerbestrijding. Dat zet zich in voor minder kanker, meer kans op genezing en betere kwaliteit van leven voor mensen met kanker en hun naasten. Al enkele jaren steunt PSV het doel KWF en vinden er jaarlijks ondersteunende activiteiten plaats om geld in te zamelen. Dat komt ten goede van het onderzoek naar kinderkanker. Bij wijze van uitzondering wordt dit thuisduel van Jong PSV niet op De Herdgang, maar in het Philips Stadion afgewerkt. Je hebt daar géén toegangskaart voor nodig. Om met name ook leden van de PSV Phoxy Club en andere jeugdige supporters de gelegenheid te geven de wedstrijd te bezoeken, is gekozen voor een vroege aftrap om 18.45 uur. Later meer informatie over deze bijzondere avond bekervoetbal. Iedereen is van harte welkom! Bron: PSV.NL
- Reker: “Uitbreiding Philips Stadion technisch haalbaar”
Tijdens de jaarlijkse persdag van PSV sprak algemeen directeur Jan Reker dit weekeinde onder meer over een mogelijke uitbreiding van het Philips Stadion. Uit research blijkt dat technisch haalbaar. Verder onderzoek moet duidelijk maken of een uitbreiding van het aantal zitplaatsen ook commercieel en financieel haalbaar is. Commercieel en financieel haalbaar Reker maakte tijdens de persdag afgelopen zaterdag bekend dat uit onderzoek is gebleken dat uitbreiding van het Philips Stadion technisch tot de mogelijkheden behoort. “We zijn nu aan het kijken of het commercieel en financieel ook haalbaar is en hoe groot het stadion dan moet worden”, aldus de algemeen directeur. Er wordt onder meer nog gekeken naar het groeipotentieel van de club. ”We hebben nu een wachtlijst van vierduizend mensen die graag een Seizoen Club Card willen, maar als je er tienduizend plaatsen bijzet terwijl je maar vierduizend mensen kwijt kunt, betekent dat zesduizend lege plaatsen en we willen graag altijd een vol huis”, aldus Reker tegenover PSV TV. Organisatiecomité WK 2018 PSV bekijkt de mogelijkheden om het Philips Stadion uit te breiden met het oog op een mogelijk WK 2018 in Nederland en België. “Als er een WK in Nederland komt dan hoort PSV daar bij te zijn. We liggen in het centrum van België en Nederland en Eindhoven is de voetbalhoofdstad van Nederland.” Daarnaast wil PSV ook het organisatiecomité van het WK naar Eindhoven halen. “Dat betekent namelijk dat je zeven jaar lang een belangrijke stad bent in de hele wereld.” Welke vorm een eventuele uitbreiding van het stadion moet krijgen is nog niet duidelijk. Reker: “Alle zaken worden onderzocht en daar kunnen we nog geen mededelingen over doen.” Bron: PSV.NL
- brahim Afellay en Dirk Marcellis opgeroepen voor Oranje
Ibrahim Afellay en Dirk Marcellis zijn opgroepen voor de selectie van het Nederlands elftal. Komende woensdag speelt Oranje in de Amsterdam Arena tegen Zweden. Ook de voormalig PSV’ers André Ooijer en Mark van Bommel behoren tot de groep van negentien spelers in de selectie van bondscoach Bert van Marwijk. Danny Koevermans in Oranje-B Dirk Marcellis maakte vorige maand tegen IJsland zijn debuut en is nu opnieuw opgeroepen voor Oranje. Middenvelder Ibrahim Afellay behoort ook tot de definitieve selectie. Woensdag in Amsterdam is Zweden, waar PSV-doelman Andreas Isaksson vermoedelijk onder de lat staat, de tegenstander in het oefenduel. Het duel begint om 20.45 uur. Ook het Nederlands B-elftal oefent woensdag tegen Jong Zweden. PSV’er Danny Koevermans behoort tot de definitieve selectie van bondscoach Johan Neeskens. De wedstrijd wordt om 18.00 uur in Waalwijk gespeeld.
- Voorbeschouwing Huub Stevens op wedstrijd tegen Ajax
PSV staat zondag voor de belangrijke opgave in Amsterdam tegen Ajax. Huub Stevens ging op het wekelijkse persgesprek in op het belang van de wedstrijd en op de bekernederlaag tegen AZ van afgelopen woensdag. “Het antwoord dat de spelers woensdag op het veld gaven was redelijk positief”, stelde Stevens vrijdag. Vraagteken Afellay Er werd op De Herdgang nog even nagepraat over de verloren wedstrijd tegen AZ. “Over de hele wedstrijd genomen hebben we het duel gecontroleerd, al hebben we misschien te weinig afgedwongen. Maar ook wij hebben kansen gehad”, wist hoofdcoach Huub Stevens. “Al kijk je natuurlijk het eerste naar het resultaat en dat was niet positief, maar uit alle wedstrijden haal je wel positieve elementen. Het antwoord dat de spelers woensdag op het veld gaven was redelijk positief. We hebben het AZ moeilijk gemaakt dus konden we met opgeheven hoofd vertrekken uit Alkmaar.” De selectie van PSV is niet ongeschonden uit de bekerstrijd gekomen. Jan Kromkamp kan pas over een paar dagen weer trainen en Ibrahim Afellay verscheen vrijdag ook niet op de training. “Hij heeft een tik opgelopen in de wedstrijd tegen AZ. Op dit moment verwacht ik niet dat hij zal kunnen spelen, maar misschien dat hij morgen wel weer op het trainingsveld staat. Dat moeten we dus afwachten.” Of Otman Bakkal en Jérémie Bréchet klaar zijn voor de wedstrijd van zondag, zal ook zaterdag op de training moeten blijken. “Altijd de rust bewaren” Zondagmiddag (12.30 uur) speelt PSV in de ArenA tegen Ajax, dat de laatste vier competitiewedstrijden thuis tegen PSV niet tot scoren kwam. “Maar we zitten in een moeilijke fase en daar willen we zo snel mogelijk uitkomen. Toch moeten we niet te veel naar Ajax kijken, maar naar onszelf. We gaan proberen om alles uit onze mogelijkheden te halen en we willen heel graag.” In paniek raakt Stevens zeker niet als het resultaat opnieuw tegenvalt. “We zullen altijd de rust bewaren. Ik geloof ook niet dat de druk bij ons ligt, maar als we verliezen staan we wel op zeven punten van Ajax. Al is dat natuurlijk niet onoverbrugbaar.” Het ontbreken van Klaas-Jan Huntelaar is in ieder geval een aderlating voor Ajax. “Zo’n speler heb je graag in je ploeg en mis je graag bij de tegenstander. Desondanks wordt het een moeilijke wedstrijd die voor ons erg belangrijk is.” De trainer ging ook nog even in op het Nederlands B-elftal, dat komende week speelt en waarvoor PSV’er Danny Koevermans is opgeroepen. “Daar ben ik fantastisch blij mee”, sprak Stevens cynisch. “Ongelooflijk. Het is toch weer een extra belasting voor de clubs. Als je kijkt naar de vier competitiewedstrijden die PSV heeft verloren, konden onze tegenstanders telkens veel frisser en fitter aan de wedstrijden beginnen. Dat is niet toevallig.”
- Weekend van… Ranil van Peperstraten
In wijkhuis ’t BrandPunt in Helmond gaf dansschool Friends zaterdag en zondag een spectaculaire show. Tijdens de voorstelling met de titel Charlie’s Angels lieten de (break)dancers van de Eindhovense dansschool hun kunsten zien. Breakdance-talent Ranil van Peperstraten (17) uit Liempde deed zondag mee. Hoe ben je in deze voorstelling terecht gekomen? “Ik doe al een aantal jaar aan breakdance bij dansschool Friends. Onze leraar Niek Traa, een top-breakdancer, regelde dat ons groepje ook een act kreeg in de voorstelling. Onze rol was niet zo groot, we kwamen aan het einde als monsters met salto’s uit een kist en lieten onze ‘moves’ zien. Dat duurde zo’n 2,5 minuut en dat is al heel wat, want het is behoorlijk intensief.” Heb je hier nog apart voor moeten oefenen? “Eigenlijk niet. Op het laatste moment kregen we instructies over wat we moesten doen. Het grootste deel mochten we zelf invullen. We trainen sowieso erg veel: één keer per week met Friends en ook nog een aantal keer met mijn eigen crew. Dus dan ben ik dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag aan het trainen, terwijl je in het weekend vaak nog evenementen hebt of optredens zoals dit.” Hoe was het om mee te doen? “Heel erg leuk. Het was ook lekker druk in de zaal en het is leuk om jezelf te laten zien aan het publiek. Normaal doe ik vooral aan b-boying, waarbij je crew het in een battle tegen een andere crew opneemt. Breakdancen, zoals hier, is vooral show.” We kunnen je nog wel vaker aan het werk zien? “Met mijn crew Cypher Active geef ik regelmatig shows. Daarnaast zijn er regelmatig evenementen waar je aan mee kunt doen. Zo heb ik vorig weekend in Heerlen nog een duurrecord voor een breakdance-act op mijn naam geschreven.” En levert het dan ook nog wat op als je wint? “Het gaat vooral om de eer, maar we zijn met de crew bijvoorbeeld ook in te huren voor workshops en show’s. Daar krijgen we dan geld voor. Het is mijn sport, hobby en bijbaantje tegelijkertijd. Al gaat school natuurlijk wel voor.” Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 16 juni 2008
- Zesduizend mensen komen af op 1 Ander festival
Een zonnig Rietbeemdpark gehuld in wierook-lucht en met zesduizend vrolijke mensen. Het 1 Ander festival in Schijndel zorgde gisteren voor een multiculturele noot met tal aan muziek-, dans- en theateracts uit de hele wereld. Dankzij de samenwerking met festival Mundial dat volgende week in Tilburg plaatsvindt, was het dit jaar gemakkelijker om goede bands naar Schijndel te krijgen. Zoals bijvoorbeeld Fogny. Djibril Diamé van de Senegalese band voelt zich wel thuis tussen de wereldklanken: “Iedereen is erg aardig hier. Het is ook mooi om te zien hoeveel verschillende culturen hier in Nederland bij elkaar leven.” Pas ’s avonds is zijn band, dat met traditionele ritmische nummers een Afrikaans sfeertje probeert te creëren, aan de beurt. “Ondertussen kijken we naar andere bands. We hebben al een aantal leuke acts gezien.” Als het Lucien Leerssen (programmeur van 1 Ander festival) ligt, is het vooral een ontmoetingsfeest. “We willen mensen laten kennismaken met muziek, theater en dans uit andere delen van de wereld. Op een ongedwongen manier hopen we de mensen toch wat mee te geven.” Zo viel er op de podia en in de Casa Mundial-tent onder meer te genieten van de dansgroep Mystikal uit Suriname. Ook waren er artiesten uit onder andere Egypte, Kaapverdië, Vietnam en Zuid-Afrika. Multicultureel festival of niet, nog niet iedereen is even tolerant meent Gijs Gielen. Namens de Anti Racisme Groep staat de Tilburger al een aantal jaar op het festival met zijn stand en hij wil op zijn manier ook wat meegeven: “Als de mensen maar aan het denken worden gezet over racisme ben ik al tevreden. Je denkt toch niet dat die gedachten ophouden bij het hek van dit festival? De noodzaak om een ander geluid te laten horen neemt alleen maar toe.” Bezoekster Juultje Spierings uit Schijndel komt al vijf jaar en is er toch vooral voor de sfeer. “Die is heel gemoedelijk en je ziet veel van alle verschillende culturen. Ik kijk vooral uit naar de salsamuziek, maar we gaan ook alle kraampjes langs. Zo word je toch een beetje herinnerd aan de multiculturele boodschap van het festival.” Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 9 juni 2008
- Multiculturele noot in het park
Muziek- dans en theateracts in Schijndels Rietbeemdpark. SCHIJNDEL – Een zonnig Rietbeemdpark gehuld in wierrooklucht en met zesduizend vrolijke mensen. Het 1 Ander festival in Schijndel zorgde gisteren voor een multiculturele noot met tal van muziek-, dans- en theateracts uit de hele wereld. Dankzij de samenwerking met festival Mundial dat volgende week in Tilburg plaatsvindt, was het dit jaar gemakkelijker om goede bands naar Schijndel te krijgen. Zoals bijvoorbeeld Fogny. Djibril Diamé van de Senegalese band voelt zich wel thuis tussen de wereldklanken: ,,Iedereen is erg aardig hier. Het is ook mooi om te zien hoeveel verschillende culturen hier in Nederland bij elkaar leven.” Pas ’s avonds is zijn band, dat met traditionele ritmische nummers een Afrikaans sfeertje probeert te creëren, aan de beurt. ,,Ondertussen kijken we naar andere bands. We hebben al een aantal leuke acts gezien.” Als het Lucien Leerssen (programmeur van 1 Ander festival) ligt, is het vooral een ontmoetingsfeest. ,,We willen mensen laten kennismaken met muziek, theater en dans uit andere delen van de wereld. Op een ongedwongen manier hopen we de mensen toch wat mee te geven.” Zo viel er op de podia en in de Casa Mundial-tent onder meer te genieten van de dansgroep Mystikal uit Suriname. Ook waren er artiesten uit onder andere Egypte, Kaapverdië, Vietnam en Zuid-Afrika. Multicultureel festival of niet, nog niet iedereen is even tolerant meent Gijs Gielen. Namens de Anti Racisme Groep staat de Tilburger al een aantal jaar op het festival met zijn stand en hij wil op zijn manier ook wat meegeven: ,,Als de mensen maar aan het denken worden gezet over racisme ben ik al tevreden. Je denkt toch niet dat die gedachten ophouden bij het hek van dit festival? De noodzaak om een ander geluid te laten horen neemt toe.” Bezoekster Juultje Spierings uit Schijndel komt al vijf jaar en is er toch vooral voor de sfeer. ,,Die is heel gemoedelijk en je ziet veel van alle verschillende culturen. Ik kijk vooral uit naar de salsamuziek, maar we gaan ook alle kraampjes langs. Zo word je toch een beetje herinnerd aan de multiculturele boodschap van het festival.” Bron: Brabants Dagblad
- ‘Honkballen zit net als dansen bij ons in het bloed’
door Kasper Paping TILBURG – Honkbalclub The Yellow Rangers uit Tilburg bestaat pas vijf jaar, maar sportief gezien kan het nauwelijks beter. Algemeen bestuurslid Marlon Helmijr (40) heeft zich de laatste vier jaar ingezet voor de ‘honkbalclub voor gezellige mensen’. Helmijr speelt zelf al twintig jaar niet meer, nadat hij door een blessure moest stoppen met zijn sport. „Een van de oprichters van de club kende mij en heeft me gevraagd of ik een bijdrage wilde leveren”, legt hij zijn betrokkenheid bij de club uit. Tilburg kent veel Antillianen en vanuit die gemeenschap bestond een aantal jaar geleden de behoefte aan een ‘eigen’ club. ,,Zodat deze jongens in hun eigen cultuur en taal hun favoriete sport kunnen beoefenen. Bovendien speelde sommige spelers ver weg en die konden hier nu met Antillianen onder elkaar spelen, maar het gaat ons vooral om de sport.” Honkbal is een speciale sport aldus de Tilburger. ,,Je voelt het of je voelt het niet. Je kunt het of je kunt het niet. Je kunt niet een beetje honkballen, zoals je wel een beetje kunt voetballen.” De sport heeft meer in zich. ,,Het gaat niet alleen om slagkracht, maar ook om kennis van het spel, concentratie en snelheid. Bij andere sporten ben je voortdurend in beweging, maar hier kan je de hele wedstrijd in het veld staan zonder een bal te krijgen. Dan moet je er wel staan als die bal uiteindelijk toch komt.” Toeval of niet: het gaat goed met de jonge club. ,,De laatste twee jaar zijn we gepromoveerd en inmiddels spelen we in de derde klasse.” Ook dit seizoen heeft de club nog niet verloren. ,,Terwijl we toch wat spelers zijn kwijtgeraakt dit jaar. Deze ploeg heeft haar top nog niet bereikt.” Want The Yellow Rangers heeft veel kwaliteit. ,,Honkbal zit bij ons in het bloed. Antilliaanse jongeren kunnen goed honkballen, we hebben meer natuurlijk talent. Het is hetzelfde als dansen: het zit bij ons in de genen.’’ Het plafond is dan ook nog lang niet in zicht. ,,Doel is nog een keer kampioen worden en daarna gaan we een nieuwe strategie bepalen. Hoe hoger je komt te spelen, hoe meer kosten de club maakt en we zijn maar een kleine club. Daar hebben we bewust voor gekozen, maar we het is wel tijd om de club te laten groeien.” Want met zo’n twintig leden, van wie vijftien spelers, is de basis nog erg smal. ,,We hebben veel energie in het team gestoken en daar hebben we de vruchten van geplukt. We staan open voor samenwerking met andere verenigingen, mits dit een waardevolle bijdrage kan leveren aan de honkbalsport.” De afgelopen jaren is de club ook flink gereorganiseerd: er is een nieuw bestuur, spelers zijn vertrokken en nieuwe spelers hebben zich aangesloten. ,,De nadruk is meer op harmonie en discipline gelegd. Belangrijk is om alle neuzen dezelfde richting op te krijgen.” Over belangstelling bij de wedstrijden heeft zijn club alvast niet te klagen. „Bij de meeste clubs zie je toch weinig publiek. Wij hebben altijd veel mensen langs de kant staan, zo’n man of honderd. Daar maken we ook veel reclame voor, maar het zit ook een beetje in de cultuur. De mensen kunnen hier Antilliaans eten en de sfeer is altijd goed. ’’ Bron: Brabants Dagblad
- ‘Na drie jaar word je te veel eigen met een ploeg’
TILBURG – Coach Nico van Huijkelom (51) maakt deze zomer na drie jaar de overstap van handbalclub RHV naar de vrouwen van Tachos. De Tilburger raakte op zijn twaalfde verknocht aan het spel tijdens een schoolhandbaltoernooi. ,,De broer van mijn vriend nam me vervolgens mee naar Were Di. Ik was gegrepen door het handbal omdat je met je hele lichaam en geest bezig bent. Het is zowel technisch als tactisch en je moet verdedigen en aanvallen. Ik ontwikkelde me vooral tot een technische speler. Met veel schijnbewegingen wist ik me meestal vrij voor de keeper te zetten uit de linkerhoek. Ik speel nog altijd als het kan, in het veteranenteam van RHV. Handbal blijft het mooiste spelletje dat er is.’’ Handballen werd een echte passie en is dat nog altijd. ,,Mijn toenmalige trainer stond ook regelmatig met zijn foto in de krant. Het leek me mooi als dat ook met mij zou gebeuren. En inmiddels heb ik hele plakboeken vol met verslagen en foto’s.’’ Op zijn achttiende stapte Van Huijkelom over naar concurrent Volt. ,,Simpelweg omdat ik daar meer speeltijd kreeg. Ik stond binnen no-time in het eerste team. Ik heb daar nog de promotie naar de eerste divisie meegemaakt.’’ Daarna speelde de Tilburger bij GHV, waar hij zijn kruisband scheurde. Er werd gevreesd voor zijn carriere. Omdat hij lange tijd niet kon spelen, ging hij zich op andere zaken focussen. Zo begon hij onder meer aan de trainerscursus. Als trainer/coach kwam Van Huijkelom via HVT (mannen), GHV (vrouwen), Taxandria (mannen) en HMC (vrouwen) bij RHV in Rijen terecht. Hij blijft het liefst niet te lang bij een club. ,,Na zo’n periode word je te veel eigen met de spelers. Het is goed dat er dan een ander voor de ploeg komt te staan. Ik heb drie leuke jaren gehad bij RHV, maar mijn ervaring is dat vier jaar bij dezelfde ploeg te veel is.’’ Voordat Tachos bij hem aanklopte, was het besluit om te stoppen bij RHV dan ook al genomen. ,,Er is altijd wel ergens een plek. Ik heb dan ook al meerdere verzoeken van clubs gehad. Ik had er ook best een jaartje tussenuit gewild, maar het is een klein wereldje dus de contacten zijn snel gelegd.’’ Voorwaarde om bij een club aan de slag te gaan, is wel dat er ambities zijn. ,,Je moet wel een doel voor ogen hebben als je ergens aan begint. Dit seizoen met RHV wilden we in de middenmoot eindigen en zijn uiteindelijk vierde geworden.’’ Bij het onlangs naar de regioklasse gepromoveerde Tachos uit Waalwijk is die ambitie zeker aanwezig. ,,Ik heb Tachos nu een aantal keer zien spelen en probeer alvast te kijken wat de ploeg kan en wat voor type speelsters het zijn. Deze ploeg is ieder geval in staat om zich te handhaven. In principe vind ik wel dat je de lat steeds hoger moet leggen.’’ Daarbij gaat Van Huijkelom vooral uit van eigen kracht. ,,Je moet vooral geloven in de sterke kanten van je eigen ploeg en je niet aanpassen aan je tegenstander. Zo dwing je die om zich aan jou aan te passen. Dat is het mooie van trainen en coachen. Kijken waar de zwaktes in het spel van de tegenstanders liggen en die proberen te benutten.’’ Bron: Brabants Dagblad
- ‘Het is een echt vriendenteam’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Evert van Esch, leeftijd: 29 jaar, Woonplaats: Moergestel, sport: honkbal bij Roef! De honkballers van Roef! gingen vorige week onderuit tegen de Wizards of Boz. De Moergestelse ploeg had dit weekeinde dus thuis wat recht te zetten tegen de Indians uit Weert. Aanvoerder Evert van Esch, die vier innings pitchte, zag zijn ploeg ruim winnen. Na zeven innings was de wedstrijd al beslist: 18-7. Was het spel net zo goed als de uitslag doet vermoeden? ,,We begonnen hartstikke goed en we kregen veel mensen op de honken. Op tactiek zijn we na een 6-6 tussenstand uitgelopen naar 12-7. Daarna zijn we er helemaal overheen gegaan. We hebben het duel echt gewonnen op slagkracht. Door het spel naar hen toe te brengen, moesten zij iedere keer oplossingen vinden. Ook hebben we de pitching goed dicht gehouden. We kregen wel wat honkslagen tegen maar maakten bijna geen foutjes. Ik ben erg tevreden met ons goede, strategische spel. Bovendien heb ik ook nog vier uit vijf geslagen. Daar hebben we de afgelopen tijd dan ook op getraind: slagkracht en timing.’’ Hoe verloopt jullie seizoen tot nu toe? ,,Positief, want we hebben ons denkniveau omhoog gebracht. We combineren dat nu ook met goede slagkracht. We moeten niet bang zijn voor onze tegenstanders. Iedereen maakt in deze klasse een goede kans. Het gaat goed, maar de echte toppers hebben we nog niet gehad.’’ Wat verwacht je van de rest van het seizoen? ,,Onze doelstelling is handhaving. We wisten namelijk totaal niet hoe de andere teams er voor stonden. Ik probeer van het positieve uit te gaan. Het heeft geen zin om te roepen dat je kampioen wordt. Je moet het spel snappen en van daaruit je niveau omhoog tillen. Daarom zijn we ons ook meer gaan richten op de tactiek. De insteek is dat je je positie snapt en ook weet hoe je medespeler denkt. Daarmee creeer je teamspirit en vertrouwen.’’ Ben je ook tevreden met je eigen spel? ,,Ik heb tot nu toe goed gespeeld, maar er zijn altijd wel dingen die beter kunnen. Belangrijker dan mijn eigen spel is hoe ik inzicht kan overbrengen op anderen. Dat vind ik belangrijker dan wanneer ik zelf alleen goed speel. Ik wil zien dat anderen het spelletje ook snappen, want dan zien ze dat het eigenlijk een heel leuk spel is. Het is gewoon belangrijk dat er goed gecommuniceerd wordt, want daarmee kom je als team verder. We kunnen ook alles tegen elkaar zeggen en praten alles gelijk uit. Het is een echt vriendenteam.’’ Bron: Brabants Dagblad
- ‘Eigenlijk kwam ik bij Gryphons om af te bouwen’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Heleen Huisman, leeftijd: 36 jaar Woonplaats: Oss, sport: softbal bij Gryphons uit Rosmalen Gryphons kende vorige week een mooi debuut in de hoofdklasse softbal. Speelster Heleen Huisman (36) speelde voorheen negen jaar bij de Twins en zit nu alweer vier jaar bij Gryphons. Het afgelopen weekeinde nam haar ploeg het in Haarlem op tegen de Sparks en met verrassend resultaat. De eerste wedstrijd werd met 3-2 gewonnen, de tweede met 6-12 verloren. Tevreden met de resultaten? ,,Als je bedenkt dat Sparks vorig jaar tot de top in de hoofdklasse behoorde en wij net gepromoveerd zijn, is die overwinning heel netjes. Het was jammer dat pitcher Jessica Sallinger niet mee kon doen, zij is deze week door haar enkel gegaan. Daardoor moest Anouk Mels bijna twee hele wedstrijden gooien. Dat is natuurlijk heel erg vermoeiend en de speelsters van Sparks kregen beter vat op haar aan slag, waardoor zij veel punten konden scoren. Anders hadden we ook daar een kans gemaakt. Het verschil had in ieder geval kleiner kunnen zijn.’’ Wat is de kracht van dit team? ,,Er heerst een goede sfeer en iedereen heeft veel voor elkaar over. Het is het collectief dat presteert. We hebben niet een of twee speelsters die er bovenuit steken, maar veel meer die het heel goed doen. Er zijn de laatste jaren veel speelsters op sleutelposities in het team gekomen van buiten deze regio, ook zij zijn direct in de groep opgenomen.’’ Wat verwachten jullie van dit seizoen? ,,Als nieuwkomer heb je een underdogpositie. Je hebt niet veel te verliezen, eigenlijk kan je alleen maar winnen. De twee Amerikaanse speelsters (Sallinger en Justice, red.) zijn absolute aanwinsten. Omdat ze maar twee maanden meespelen, hopen we in die periode de basis te kunnen leggen voor handhaving in de hoofdklasse. In de voorbereiding hebben we een aantal goede resultaten neergezet.’’ Ben je tevreden over je eigen spel tot nu toe? ,,Ik heb de afgelopen jaren twee kinderen gekregen en daardoor weinig gespeeld. Met de hoofdklasse in beeld leek het me een uitdaging om weer mee te doen, maar je merkt wel dat je er een tijd uit bent geweest. Het gaat allemaal wel moeizamer. Ik heb ook geen vaste plek in de basis en wordt ingezet als dat nodig is. Eigenlijk ging ik naar Gryphons om af te bouwen, maar sinds die tijd is het met de club steeds beter gegaan.’’ Bron: Brabants Dagblad
- ‘Hoe meer ik tennis, hoe meer ik gemotiveerd raak’
door Kasper Paping UDEN – Als de tenniscompetitie weer begonnen is, is Mark Voorn zeven dagen in de week op de club te vinden. De 24-jarige competitiespeler van LTC Uden verzorgt namelijk ook nog de tennistrainingen. ,,Ik heb lesgeven altijd leuk gevonden. Het werken met gemotiveerde mensen en mensen die hun hobby uitvoeren, heeft mij altijd wel aangetrokken.’’ Op zijn zesde begon de Ossenaar met tennis bij Helios in Oss. ,,Mijn broers tenniste en mijn ouders ook. Ik kom uit een echte tennisfamilie.’’ En tennis heeft volgens hem alles. ,,Techniek, tactiek, mentaliteit, conditie en het is individueel. Teamsport is leuk, maar het leukste is toch om jezelf steeds beter te maken. Bovendien ben je in de competitie toch als team bezig, dus dat is een mooie combinatie.’’ Voorn volgde de CIOS-opleiding in Arnhem en nu geeft hij zes dagen in de week trainingen aan onder andere de jeugd. Op zondag speelt hij voor het eerste mannenteam competitie. ,,Nee, ik word er nooit zat van. Hoe meer ik met de sport bezig ben, hoe meer gemotiveerd ik raak. Ik vind het goed dat een trainer ook nog zelf wedstrijden speelt. Je kunt wel veel eisen van je pupillen, maar het is ook goed om die wedstrijdspanning zelf te ervaren.’’ Sinds twee jaar is hij bovendien betrokken bij tennisschool WiTS. ,,Daar werk ik met jongeren die de ambitie hebben om echt goed te worden en de top willen bereiken. Dat heeft wel iets extra’s, al zijn de andere trainingen ook heel leuk om te doen. Maar deze jongeren hebben er alles voor over om beter te worden. Die beleving vind ik mooi.’’ Zelf heeft hij de ambitie om ‘top’ te worden nooit gehad. ,,Ik stond voor de keuze tussen werken of full-time blijven trainen om mezelf te verbeteren. Ik heb gekozen voor het werk. Het is mooi dat je van je hobby je werk hebt kunnen maken, maar je moet wel oppassen dat je je hobby ook nog kan blijven uitoefenen.’’ Met het herenteam speelt hij dit seizoen tweede klasse. ,,Ons doel is om kampioen te worden. Vorig jaar lukte dat net niet. Dit jaar hebben we ons met een aantal spelers versterkt.’’ Twee spelers uit het mixed-team spelen dit jaar bij de mannen. ,,En die hebben weer net een iets hoger niveau. De mixed-ploeg is toch ons paradepaardje en staat iets hoger aangeschreven. We kiezen nu echt voor de eigen jeugd in die ploeg.’’ Zelf speelt hij in het team dat hem nodig heeft. ,,Dit jaar was ik nodig bij het mannenteam, maar het jaar daarvoor heb ik bijvoorbeeld helemaal niet gespeeld. In het clubbelang ben ik het laatste sluitstuk zeg maar.’’ De kracht van het team zit ‘m in de breedte. ,,Er zijn niet een of twee spelers die er heel erg bovenuit steken. Iedereen is aan elkaar gewaagd.’’ Ook met de jeugd van Uden gaat het goed. ,,De jongeren beginnen aan te dringen. Ze kunnen qua niveau aardig mee en houden de ervaren spelers daarmee ook scherp. Op dit moment staat er een goede mix tussen jeugd en ervaring.’’ Daarmee wil Voorn graag in de eerste klasse spelen. ,,Dan kijken we wel weer verder of we dat niveau kunnen behouden en verder kunnen groeien.’’ Bron: Brabants Dagblad
- ‘Verliezen mag alleen als de tegenstander beter is’
door Kasper Paping OSS – Al zijn hele sportleven is Harold van den Hogen (41) actief voor honkbalclub Vos Cardinals uit Oss. Wat het spelletje voor de speler/coach van het mannenteam zo bijzonder maakt, vindt hij moeilijk uit te leggen. ,,Er komt een hoop bij kijken, zowel tactisch als technisch. Wat vooral leuk is, dat het een teamsport en geen contactsport, dus je ziet hier weinig ruzies en vechtpartijen.’’ Van den Hogen begon op zijn elfde, omdat twee van zijn leraren op school de sport ook beoefenden. ,,In die tijd maakten ze mij ook enthousiast. Maar dat niet alleen. Hele klassen gingen naar deze club.’’ Zelf is de Ossenaar al die jaren blijven spelen, maar hij erkent dat het moeilijk is om de jeugd aan het sporten te houden. ,,Met name in de wintermaanden. Dan ligt de sport eigenlijk stil, vooral bij clubs die geen binnenvoorziening hebben. Wij gaan in de winter door, op drie weken na. Maar je moet de jeugd bezig houden om hun interesse niet te verliezen. Maar dat is ook een uitdaging voor ons. De bond organiseert gelukkig steeds meer activiteiten, zoals een pitchers- en catchersschool, trainingen en toernooitjes.’’ Met name in de puberteit is er veel afleiding. ,,Oss heeft geen hogeschool of universiteit, dus jongeren die gaan studeren raken we kwijt’’, zegt Van den Hogen. Toch gaat het bij de Vos Cardinals al een stuk beter, na een dip in de jaren negentig. ,,De ervaren spelers gingen weg en het ledental liep terug. Dankzij sponsoring zijn we de goede weg ingeslagen. Nu proberen we de junioren in de leeftijd van 15 tot 18 jaar bij het eerste team in te passen, want daar kunnen ze veel van leren. Maar het blijft een probleem dat jongeren vaak andere keuzes maken.’’ Als speler/coach geeft hij dan ook de jeugd vaak de voorkeur boven het opstellen van zichzelf. ,,Ik hoef niet per se te spelen. Maar omdat honkbal geen snelle sport is, kan ik ook vanuit het veld tussendoor goed coachen. Soms zie je het in het veld zelfs nog beter dan langs de kant. Wanneer ik wel of niet meespeel, bepaal ik op ervaring. Je voelt aan wanneer het nodig is.’’ Afgelopen weekeinde is de competitie weer begonnen en voor Van den Hogen is het zijn derde jaar als coach. ,,Daar voor heb ik de jeugd getraind. Dat is erg leuk om te doen, want je krijgt er veel voor terug. Maar bovenal leer je er zelf ook heel veel van. Je wordt zelf ook bewuster van waar je mee bezig bent in het veld. Een aantal spelers traint nu ook de jeugd en het is mooi om te zien dat ze daar ook weer dingen van oppikken.’’ Over het aanstaande seizoen is hij duidelijk: meedoen om de prijzen. ,,We willen in de top-drie eindigen en verzorgd honkbal spelen. Verliezen mag, maar alleen als de tegenstander beter is.’’ Promotie is gezien de tweede plaats van afgelopen seizoen realistisch, maar ook noodzakelijk. ,,We spelen nu vierde klasse en op termijn moeten we zorgen dat we in de tweede klasse komen te spelen. Alleen dan kunnen we er voor zorgen dat de jeugd blijft. We moeten voorkomen dat de jeugd vertrekt omdat we op een te laag niveau spelen.’’ Bron: Brabants Dagblad
- Hiphop is vooral sfeer
Hiphop is ‘in’ als we de organisatie mogen geloven. Voor de derde keer werd het NK hiphop (voorheen het NK streetdance) zondag in sporthal Theereheide in Sint-Michielsgestel gehouden. “Met meer deelnemers dan ooit,” aldus organisator Frans van Gent. Het dansen op hiphop-muziek is populair. Maar waarom eigenlijk het NK hier? “Hiphop is voor een groot deel sfeer en die is hier fantastisch. De de mensen zijn hier gastvrij en deelnemers komen hier ook graag. Vanuit het hele land zijn de teams hier naar toe afgereisd.” In grote getale zoals gezegd, want met meer dan 700 deelnemers en zo’n 500 bezoekers is de sporthal lekker vol en langs de weg is er nauwelijks een parkeerplek meer te vinden. Van Gent: “Het deelnemersveld is enorm gegroeid ten opzichte van vorig jaar. En door het succes van deze wedstrijden zie je ook steeds meer niet-officiële wedstrijden ontstaan. Maar goede jurering ontbreekt daar, dus kiezen de meeste sporters toch voor ons.” Het NK is één van de zes belangrijke wedstrijden die de in Nederland. Tijdens dit toernooi kunnen deelnemers aan de senioren groep een ticket naar het EK en later zelfs het WK verdienen. “De acts worden beoordeeld op uitstraling, techniek, maar ook vooral op stijl. Er moet een goede balans zijn tussen oldschool- en newschoolstylen. Maar ook de kleding is bijvoorbeeld belangrijk.” De meiden van Seductive uit Oss draaien ook al een aantal jaren mee. Zenuwen om het vele publiek hebben ze niet. “Maar het kriebelt wel, want het is toch wel speciaal zo’n NK,” vindt Birgit van Gaal (17). Ze traint met haar groep al jaren bij een dansschool en dat drie keer in de week. “Heerlijk om helemaal los te kunnen gaan op de muziek.” Haar trainster Lindsay van Buul (20) doet zelf later op de dag ook mee met een ander team. Ieder optreden duurt maar twee minuten, dus het grootste deel van de dag bestaat uit kijken. “Ondertussen vermaak ik me wel hoor. Het is ook leuk om de concurrentie aan het werk te zien.” Dan moet er natuurlijk nog even gejuicht worden voor X-Clusive, een ander team van de Osse dansschool. Het doel? “We hopen in ieder geval de finale te halen, maar vorige wedstrijd eindigden we derde’.” aldus Birgit. Oorspronkelijk publicatie: Brabants Dagblad, 14 april 2008
- Gryphons bezorgt Twins frustraties in derby’s
Kasper Paping ROSMALEN – Glunderende gezichten na afloop van de eerste wedstrijden van de softbalsters van Gryphons. Op sportpark De Groote Wielen in Rosmalen werd afgelopen weekeinde overtuigend gewonnen tegen de Twins uit Oosterhout (5-0 en 6-3). In de enige Brabantse derby in de hoofdklasse kwam Gryphons nauwelijks in de problemen en dat zorgde zichtbaar voor frustraties bij de tegenstandsters. De eerste wedstrijd werd met dank aan de uitblinkende pitcher Jessica Sallinger goed op nul gehouden. In de vijfde inning sloeg de thuisploeg zelf toe, waarna Twins het spoor bijster raakte en Gryphons kon uitlopen naar een grote overwinning. Het tweede duel was spannender. Een foutje in de tweede inning kostte de ploeg twee punten, maar mede dankzij uitstekende slagen van Maartje van Dijk en Innes Goossens liep Gryphons uit naar een riante voorsprong in de vijfde inning die niet meer werd weggegeven. De Rosmalense ploeg kent enkele opvallende namen. Naast de ervaren Nederlandse speelster Sandra Gouverneur en de zaterdag uitblinkende Anouk Mels, beschikt coach Pascal van de Barselaar sinds enkele weken over twee Amerikaanse speelsters. Pitcher Jessica Sallinger (24) en Dede Justice (eerste honk) hebben het nu al goed naar hun zin in Nederland. ,,De sfeer is hier erg goed. Iedereen is aardig en praat Engels, dus we begrijpen elkaar al goed. Maar daarnaast is het belangrijk om plezier te hebben in de sport. Ook is de ervaring van Anouk Mels belangrijk voor het team en zijn er goede schutters. Je kunt goed zien dat het een hechte groep is’’, weet de 24-jarige Justice. En dat heeft weer een positieve uitwerking op het spel. ,,Iedereen pikt het goed op. We sloegen de juiste ballen op het goede moment. Er zit erg veel potentie in dit team’’, aldus Sallinger. Omdat in juni de Amerikaanse competitie weer begint, speelt het tweetal alleen de eerste maanden mee in de competitie. Sallinger: ,,Het doel is om de Gryphons goed achter te laten. Het liefst met een plek in de play-offs. Als het kan wil ik naar huis zonder nederlaag’’, lacht ze. Over de eerste wedstrijden zijn ze alvast tevreden. ,,We hebben alle plooitjes recht gestreken in de eerste weekenden en dat was terug te zien in de wedstrijd. Toen we achter kwamen motiveerde ons dat alleen maar en scoorden we direct terug’’, zag Justice. Wat dit resultaat zegt voor de rest van de competitie is moeilijk te zeggen. ,,Het is niet te merken dat deze ploeg voor het eerst op dit niveau speelt. De club staat er goed voor en als we zo blijven spelen als vandaag maken we net zo veel kans als de rest’’, denkt Sallinger. Met de wedstrijd tegen het sterke Spraks uit Haarlem die volgende week op het programma staat is Justice voorzichtiger: ,,We bekijken wedstrijd voor wedstrijd en zien dan op het einde wel waar we staan.’’ Bron: Brabants Dagblad
- Ambities Gryphons zijn nog niet op
Rosmalense club wil in paar jaar naar top hoofdklasse softbal. door Kasper Paping ROSMALEN – Voor de softbalsters van Gryphons is het uur van de waarheid aangebroken. Morgen begint de ploeg van coach Pascal van de Barselaar aan haar eerste seizoen in de hoofdklasse. Onder zijn leiding promoveerde de ploeg de afgelopen drie jaar twee keer. Maar de ambities zijn zeker nog niet op. “Als het meezit kunnen we misschien vijfde worden, maar de officiele doelstelling voor de komende twee jaar is handhaving”, legt assistent-coach Hans Droge uit. “Daarnaast willen we een goede doorstroming van junioren. Over drie jaar willen we doorstoten naar de top. Al denk ik dat het team dit jaar al meer in huis heeft dan handhaving alleen. Intern hopen we op meer.” Gezien het spelersmateriaal is dat zeker niet onrealistisch. De nieuwe hoofdklasser kan onder meer rekenen op de ervaring van de Nederlandse internationals Anouk Mels (36) en Sandra Gouverneur (31). Gouverneur heeft de overstap gemaakt van Terrasvogels, terwijl Mels eigenlijk al was gestopt. “Anouk en Sandra kunnen deze ploeg veel leren”, aldus Droge. Daarnaast maakt Anouk een goede kans om voor de tweede keer met Oranje naar de Olympische Spelen te gaan met haar teamgenoot Sandra. Ook kan de ploeg rekenen op twee sterke Amerikaanse profspeelsters. Utility Player Dede Justice, afkomstig van Rockford Thunder, en pitcher Jessica Sallinger (Chicago Bandits) geven de Gryphons volgens Van de Barselaar een absolute kwaliteitsboost: “Dede is naast een bijzonder sterke slagvrouw ook een speelster die overal inzetbaar is en Jessica behoort tot de top van het Amerikaanse softbal. Die twee meiden zijn hier omdat ze het team technisch beter kunnen maken. Wekelijks geven zij clinics aan de jeugd.” Daarnaast kunnen Van de Barselaar, Droge en teambegeleidster Kops beschikken over enkele Belgische internationals. Op papier een sterk team en Droge ziet dan ook mogelijkheden voor de toekomst. “Voor zes speelsters wordt het hun debuut op dit niveau. Deze ploeg heeft een mooie combinatie van jonge speelsters uit de vereniging en ervaring. Het is een heel heterogeen team. Ik ben verbaasd over hoe ver dit team is. Het samenspel is nu al erg goed”, concludeert Droge tevreden. Nu de voorbereiding (die in november al begon) achter de rug is, blijft het moeilijk in te schatten waar de ploeg staat ten opzichte van de concurrentie. “We hebben een aantal oefentoernooien gespeeld tegen hoofdklasseteams en dat was even wennen, maar we gaan er voor.” Maartje Mantel (27), een van de Brabantse speelsters in de selectie, kijkt erg uit naar haar debuut in de hoofdklasse. “We hebben een heel goed team, maar het is altijd afwachten.” De competitie begint voor Gryphons morgen tegen Twins. Op sportpark De Groote Wielen in Rosmalen beginnen om 16.00 uur en 17.45 uur de eerste twee duels. Bron: Brabants Dagblad
- ‘Als het niet lukt, proberen we het volgend jaar’
door Kasper Paping HEESCH – Handbalclub MHV’81 uit Mill is hard op weg naar promotie naar het hoogste niveau, de eredivisie. Keeper van de ploeg, Harm Balvers (24), ziet dat het goed gaat met zijn team. “We staan bovenaan in de nacompetitie. Als we nog twee wedstrijden winnen, mogen we promotie-degradatieduels tegen de nummer elf van de eredivisie spelen om een plaats in de hoogste klasse.” Zelf moet hij de resterende wedstrijden op de tribune plaatsnemen vanwege een slepende enkelblessure. “Het is al jaren een gevoelige plek maar een paar weken geleden ging het mis. Er zijn foto’s gemaakt en daaruit bleek dat de enkel moet worden geopereerd, dus het is waarschijnlijk een kwestie van maanden voor ik weer aan spelen toekom.” Het toekijken vanaf de tribune viel hem in het begin zwaar. “Ik ben heel erg ongeduldig, maar inmiddels heb ik het geaccepteerd. Al zal het wel moeilijker gaan worden om toe te kijken als we wedstrijden gaan verliezen.” Balvers staat al vanaf zijn vijfde jaar op doel. Eerst jarenlang bij DOS’80. Vervolgens anderhalf jaar bij Tachos. “Daar heb ik veel geleerd, maar met name dat het toen nog een stapje te hoog voor me was.” En nu speelt hij alweer een aantal jaren bij MHV. Naar eigen zeggen in een unieke ploeg. “Een stuk of zes spelers van ons team zijn afkomstig van DOS’80. Druppelsgewijs zijn steeds meer spelers van ons jeugdteam van toen, hierheen gekomen. Een hele hechte groep dus. Dan is het ook niet erg om naar de trainingen te gaan en kun je er veel voor opgeven.” Misschien is het zelfs wel een verklaring voor het succes van de ploeg. “We werken er allemaal hard voor. Er zijn geen groepjes. Als het leuk is op de club, ga je ook beter presteren.” MHV’81 is ook een redelijk jonge ploeg. “We hebben wel twee ervaren spelers, maar de balans is gewoon goed. Enige probleem is dat de club geen team heeft voor A-jeugd. Daardoor is het gat naar het eerste team vrij groot.” De ploeg is na drie overwinningen in de nacompetitie op promotiekoers. De motivatie is dan ook groot bij de spelers. “We zijn derde geworden in de competitie, maar hadden al snel een periodetitel op zak. Vorig jaar wonnen we de nacompetitie ook, maar ging het in het promotie-degradatieduels mis. Dit jaar is het verschil tussen de top van de eerste divisie en de kelder van de eredivisie denk ik kleiner.” Toch wordt promotie nog een moeilijke opgave, beseft Balvers. “Het is toch een loterij. Stel, je wint de nacompetitie, dan is de eredivisieploeg toch favoriet. Maar iedereen wil heel graag, dus daar zal het niet aan liggen. En als het niet lukt proberen we het volgend jaar weer. De spelers hebben het vereiste niveau wel. Alleen zal de selectie dan nog iets breder moeten worden.” Met de vraag of de club klaar is voor de eredivisie is hij dan ook niet bezig. “Zo werkt dat niet. Iedereen wil heel graag. Wie zal zeggen of we er klaar voor zijn? Of we het aankunnen zal achteraf blijken. We zijn ambitieus en willen hogerop.” De komende weken wordt het doorbijten op de tribune. “Al voel ik me nu ook wel een beetje supporter.” Bron: Brabants Dagblad
- Regen speelt honk- en softbaltoernooi parten
door Kasper Paping ROSMALEN – Op sportpark De Groote Wielen in Rosmalen was dit weekend de laatste grote test voor aanvang van het honk- en softbalseizoen: het Frans van der Meer-toernooi. Door de aanhoudende regen werden echter alle wedstrijden van zaterdag afgelast en werd op zondag een sterk afgeslankt programma gedraaid. De twaalfde editie van het Gryphons- toernooi werd bij de honkballers gewonnen door Hazenkamp uit Nijmegen. Het eerste team van de Gryphons uit Rosmalen eindigde vijfde, het tweede team werd zevende. Bij de softbaldames kon ook slechts de helft van de wedstrijden doorgaan. Twins 2 uit Oosterhout won in een driekamp het toernooi. Gryphons 2 eindigde derde en laatste. Honkballer Frans Richardson (Blue Birds) werd tot speler van het toernooi gekozen. Die eer kwam Astrid van der Meer (Gryphons 2) bij de softbalsters toe. De dames van het eerste team van Gryphons, dat dit seizoen uitkomt in de hoofdklasse, kozen er voor het toernooi over te slaan. Zij maakten dit weekend hun opwachting in Enschede bij het sterker bezette Mastenbroektoernooi. De Gryphons behaalden daar een zevende plaats. Bron: Brabants Dagblad
- Liever derby’s en ’n paar biertjes dan promotie
door Kasper Paping TILBURG – Al zijn hele handbalcarriere speelt Teun Kouwenberg (30) bij Artemis in Tilburg. Een mooi seizoen (met een tweede plaats achter White Demons-2) werd afgelopen weekeinde echter met een nederlaag afgesloten. ,,Maar het is niet zo dat ik dan snikkend op de bank lig”, zegt hij. ,,De afgelopen wedstrijd ging toch nergens meer om, al heb ik altijd wel de drive om te willen winnen.” En dat terwijl hij pas acht jaar geleden met handbal begon. ,,Ik heb vroeger onder andere gevoetbald en getennist, maar toen ik van Breda naar Tilburg verhuisde, ben ik daarmee gestopt. Bovendien was ik toen veel tijd kwijt op de sportacademie.” Het sporten lonkte echter nog altijd en via een vriend kwam hij op de tribunes van Artemis terecht. ,,Eerst ben ik een paar keer gaan kijken. Later ben ik mee gaan trainen en heb vervolgens een jaar in het tweede team gespeeld. We werden meteen kampioen met een heel leuk team. Toen ben ik ook meteen bij het eerste team terechtgekomen.” Inmiddels is Kouwenberg docent lichamelijke opvoeding op een vmbo-school in Waalwijk. En naast het dagelijks fietsen van woonplaats Tilburg naar zijn werk, doet hij ook aan snowboarden en skien. Toch heeft handballen wat hem betreft iets extra’s. ,,Deze sport heeft alles. Je bent zowel verdediger als aanvaller. Bovendien is het een heel snelle sport en er wordt veel gescoord. Daarnaast is het heel erg technisch. Je moet echt wat kunnen om een goede handballer te zijn.” Maar wat hij vooral belangrijk vindt aan handballen, is het groepsgebeuren. ,,Ik heb het hier erg naar mijn zin. We hebben een leuk team. We trainen lekker twee keer in de week en we pakken af en toe samen een biertje.” De behoefte om misschien nog een stapje hoger te spelen met Artemis of een andere club is er dan ook niet. ,,Het kan zijn dat we nog een promotiewedstrijd mogen spelen, maar eigenlijk hoeft dat voor ons niet zo. We spelen nu veel derby’s en kennen de teams nu ook een beetje. Als we promoveren, moeten we ook weer verder reizen.” Kouwenberg kan dan ook leven met de tweede plek dit seizoen. ,,Doelstelling was een plaats bij de eerste vijf. Nu zijn we voor de tweede achtereenvolgende keer tweede geworden, dan doe je het denk ik goed. Ook qua spel boeken we progressie. Afgelopen jaren verloren we vaak als we een mindere wedstrijd speelden. Nu kunnen we slecht spelen en toch winnen. We spelen wedstrijden beter uit en zijn rustiger geworden, hebben wat meer routine gekregen.” Wel betreurt hij het dat de jeugd nog niet echt aansluiting vindt. ,,Er is wel talent, maar de stap naar het eerste is groot. Wel trainen er nu twee jeugdspelers mee die veel progressie boeken.” Als handballer en docent lichamelijke opvoeding merkt hij dat het moeilijk is om de jeugd voor sport te interesseren. “Maar dat geldt niet alleen voor handballen, dat is sportbreed. Tot ze zestien jaar zijn, gaat het meestal goed, maar daarna krijgen ze andere interesses. Ik probeer in mijn lessen de jeugd te stimuleren om te blijven sporten. Of dat dan handbal is of een andere sport, maakt me weinig uit.” Bron: Brabants Dagblad
- ‘Opa’ is aan Blauw Wit verknocht geraakt
door Kasper Paping DEN BOSCH – Gekscherend noemt hij zichzelf de ‘opa’ van Blauw Wit. Limburger Martin Gillissen (52) speelt al twintig jaar bij de enige handbalclub van Den Bosch. Een hele omschakeling want in Kerkrade, waar Gillissen vandaan komt, leeft het handbal een stuk meer. ,,Toen ik vanuit Limburg hierheen kwam, dacht ik dat ik uit verschillende clubs zou kunnen kiezen. Ik was dan ook erg verbaasd dat Blauw Wit de enige club bleek te zijn, maar nu kan ik niet meer zonder deze club. Blauw Wit is mijn passie.” De Bosschenaar is sowieso een fanatiek sporter. Hij doet aan zaalvoetbal, squash, hardlopen en wielrennen, maar handballen heeft een aparte plekje. Als vijfjarig jongetje begon hij met de sport. ,,Het is het moeilijkste spelletje dat er is. Je hebt snelheid nodig, uithoudingsvermogen, techniek. Ik ben echt een liefhebber van technisch handbal, waarbij in een mooie aanval iemand helemaal vrij wordt gespeeld. Maar ik kan er ook van genieten als bijvoorbeeld een tegenstander een mooi lobje tegen ons maakt.” Via HVK Kerkrade en HV Olympia Bocholtz kwam Gillissen bij Blauw Wit in Den Bosch terecht. Eerst als speler, bestuurslid, jeugdtrainer en scheidsrechter, maar sinds dit jaar als speler/coach van het mannenteam dat bovenaan staat in de derde klasse. ,,Maar het sportieve gaat niet ten koste van alles. Dat is ook de charme van Blauw Wit. Het is een echte familieclub, waar ook de kinderen van de leden komen handballen en ouders bij de wedstrijden komen kijken.” Dat blijkt ook wel uit zijn eigen gezin. In het eerste team speelt hij samen met zijn 16-jarige zoon. Zijn jongste zoon speelt bij de jeugd van Blauw Wit. ,,Hij wil dat ik doorga met handballen tot hij ook in het eerste speelt, zodat we nog samen kunnen spelen.” Hoewel de overige spelers in de leeftijd van 16 tot 31 jaar zitten, voelt de senior van het team zich helemaal een met de groep. ,,Ik voel me er niet buiten vallen. Het is een leuk team, er z0 een goede wisselwerking in. Daarnaast is het heerlijk om met mijn zoon te kunnen spelen.” Hoewel het eerste er goed voor staat voor promotie, is dat niet een doel op zich. ,,We willen graag kampioen worden, maar staan niet te popelen om te promoveren. We zijn eigenlijk te zwak voor de tweede klasse en te goed voor de derde. Vooral onze jeugdspelers willen liever nog even rijpen. De kans dat we volgend jaar degraderen, is namelijk aanwezig.” Gillissen vindt het jammer dat handbal in Den Bosch niet populairder is. ,,In Brabant heb je White Demons en Tachos en dan pas krijg je de rest. Op school wordt ook weinig gehandbald. Hier is sport vooral voetbal, hockey en basketbal. Aan de ene kant is dat jammer, maar de kleinschaligheid maakt deze club wel tot wat het is.” Maar hij is nog ambitieus en hij wil graag presteren. ,,Toch wil ik de gezelligheid van Blauw Wit zeker niet inruilen voor een grotere club. Het is heel dubbel. Daarnaast wordt het coachen ook steeds belangrijker, dus bij moeilijke wedstrijden sta ik langs de kant. Al ligt mijn hart toch vooral bij het spelen. Als het kan, doe ik nog gewoon mee.” Bron: Brabants Dagblad
- ‘We hebben de ideale mix van talent en ervaring’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Bart Smits, leeftijd: 29 jaar Woonplaats: Sprang-Capelle, sport: handbal bij Witte Ster’75 in Waspik Vorige week konden de handballers van Witte Ster bij de uitwedstrijd in Geleen een grote stap richting het kampioenschap in de regioklasse B zetten. Toen ging het tegen concurrent V en L 2 net mis, waardoor alles nog open ligt. Met evenveel wedstrijden voor de boeg zijn V en L 2 en Witte Ster aan de laatste loodjes van het seizoen bezig. Dit weekeinde herstelde Witte Ster, met aanvoerder Bart Smits, zich door een solide 31-22 overwinning op Blerick. V en L bleef in het spoor van door een 27-24 overwinning op ASV. Een goed herstel na vorige week? ,,We hebben niet ons normale niveau gehaald. Het was een harde wedstrijd, met veel overtredingen. De spelers van Blerick staan bekend als houthakkers en dat maakten ze weer waar. We passen ons niet aan en spelen ons eigen spel. Doordat we een keer per week trainen met de handballers van Tachos (in Waalwijk. red.), gaat ons niveau ook steeds weer wat verder omhoog.” Zijn jullie tevreden over dit seizoen? ,,We zijn bezig aan een heel goed seizoen. Het beste seizoen ooit van ons eerste team, denk ik. We hebben de ideale mix van jong talent en spelers met jarenlange ervaring. We hebben het beste team in deze competitie. We stonden er goed voor en hadden dat eigenlijk niet meer mogen weggeven. Het is een beetje pech dat V en L 2 dit seizoen ook zo goed draait.” Waardoor draait het bij jullie zo goed? ,,Iedereen wil voor elkaar werken. Dit jaar rollen we de mindere teams op, terwijl we daar andere jaren nog wel eens punten wilden verspelen. Maar ook de komst van trainer Mark van Gijzel is belangrijk. Hij kent iedereen door en door. En zijn gedrevenheid werkt aanstekelijk op de rest van de groep.” Gaan jullie nog kampioen worden? ,,Het is zuur dat we nog gelijk staan. Dit had onze kampioenswedstrijd moeten zijn. We moeten onze laatste wedstrijd gewoon winnen en als V en L 2 dat ook doet, komt er een beslissingswedstrijd. We weten nu wat we kunnen verwachten tegen V en L 2. Vorige week werden we te laat wakker. Het team zal er zestig minuten vol tegenaan moeten gaan. Iedereen is tot op het bot gemotiveerd. We kunnen nu al terugkijken op een goed seizoen, maar nu moeten we zorgen voor de slagroom op de taart door het af te maken.” Bron: Brabants Dagblad
- ‘We laten kinderen zien dat het heel gewoon is om anders te zijn’
door Kasper Paping SCHIJNDEL – ,,Normaal moet je een halfjaar wachten op een diagnose, maar ik zie bij de eerste keer al wat er aan de hand is met een kind.” In haar spiritueel centrum Kiluma in Schijndel biedt Marianne van deWeijer sinds een jaar reguliere therapie aan kinderen met problemen. Regulier, want er wordt grotendeels gebruik gemaakt van bestaande programma’s. Maar door de paranormale gaven van Van deWeijer weten de ouders en het kind volgens haar veel eerder waar ze aan toe zijn. „ Dat vermoeden, het mag officieel geen diagnose heten, klopt eigenlijk altijd. Maar er is niets zweverigs aan de therapie.” Het programma, ‘Op zoek naar de zon in jezelf’, ontwikkeld door haar dochter Kim van Zoghel, is voor kinderen met problemen op emotioneel, fysiek en sociaal vlak en op het gebied van leren. Deze kinderen, ook wel nieuwedagskinderen genoemd, worden onder meer geholpen zelfvertrouwen op te bouwen en sociale vaardigheden. Kim en Marianne willen met hun therapie een alternatief zijn voor de grote zorginstellingen. ,,Dit is ook reguliere zorg, maar dan op een creatieve manier en spelenderwijs. Naast het maken van opdrachten, gebruiken we bijvoorbeeld ook muziek. We laten zien dat het heel gewoon is om anders te zijn”, vertelt Van Zoghel. Maar het verschil zit hem ook in het kleinschalige en de sfeer. ,,Die is bij ons gemoedelijker en huiselijker. Niet dat er iets mis is met de grote instellingen, maar hier hebben we meer tijd voor contact met het kind of de ouders. Mensen kunnen 24 uur per dag met vragen bij ons terecht.” Maandag houdt Marianne van de Weijer een lezing over nieuwedags kinderen en zal ze uitleg geven over de therapie. De bijeenkomst begint om 20.00 uur en vindt plaats in ’t Spectrum in Schijndel. www.kiluma.nl. Bron: Brabants Dagblad
- ‘Ik ben meer in dienst van het team gaan spelen’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Corné Vugts, Leeftijd: 27 jaar Woonplaats: Berkel-Enschot, Sport: handbal bij White Demons White Demons is gedurende het seizoen steeds beter gaan spelen. Was het in het begin toch vooral wennen aan de nieuwe spelers en de nieuwe trainer, de laatste wedstrijden is het steeds meer gaan lopen bij de ploeg uit Berkel-Enschot. Corné Vugts speelt al sinds hij vijf jaar is bij Demons. Zaterdag kon hij niet verhelpen dat zijn ploeg verloor van HA R & O: 21-25. Wat was het voor een wedstrijd? ,,Voor HA R & O was het de kampioenswedstrijd. We wilden er alles aan doen om dat feestje te voorkomen natuurlijk. En we hebben ze ook echt laten zweten, denk ik. Als collectief hebben we goed gespeeld, al was het een harde wedstrijd. Op de beslissende momenten zijn ze net even wat slimmer dan wij, maar met het spel zijn we absoluut tevreden. De stijgende lijn die we hebben ingezet, houden we aan.” Waarom verliep het begin van het seizoen zo stroef? ,,We kregen er vier nieuwe spelers bij die van een lager niveau kwamen. Voor hen was het wennen natuurlijk. Het duurde een paar maanden, maar nu kan iedereen mee met het vereiste niveau. Daardoor kunnen spelers ook vaker ontlast worden. We spelen een hoger tempo nu en onze verdediging staat goed. Als onze dekking goed staat, gaat het aanvallend ook beter bij ons. Iedereen weet nu wat z’n taak is. Dat is het grote verschil met het begin van de competitie.” Ben je tevreden over je eigen spel dit seizoen? ,,Ik heb veel blessures gehad de laatste jaren. Daardoor ben ik voorzichtiger geworden. Ik hoef nu niet meer zo nodig zelf te scoren. Ik ben meer in dienst van het team gaan spelen. De afgelopen jaren heb ik onder meer drie keer mijn neus gebroken bij ongelukjes tijdens de wedstrijden. Daarom ga ik er nu niet meer blind in. Al moet ik toegeven dat als het fluitsignaal gaat, bij mij de knop om gaat en ik soms toch in dezelfde fouten verval. Dit seizoen heb ik veel last gehad van mijn liezen. Gelukkig staan we nu veilig zodat ik het de komende tijd rustiger aan kan doen op trainingen. Maar in de wedstrijden zullen we er gewoon staan.” Tevreden met jullie elfde plaats op de ranglijst? ,,We hadden hoger kunnen staan, maar we hebben een prima seizoen gehad als we niet degraderen. Het spel biedt perspectief voor de toekomst.” Bron: Brabants Dagblad
- Bij kleine zege klinkt clublied ook
Dungense volleyballers moeizaam langs ‘buren’ Hands Up: 3-1. door Kasper Paping DEN DUNGEN – Een keurige tweede plaats op de ranglijst en een volle tribune: het gaat goed met volleybalclub Particolare/ DS uit Den Dungen. „Maar na de carnaval hebben we niet goed meer gespeeld”, weet Particolare/ DS-trainer Jiel van Aartrijk. Ook afgelopen zaterdag, in de wedstrijd tegen ‘buurman’ Hands Up uit Berlicum, was het spel van thuisploeg Particolare/ DS niet geweldig. Gewonnen werd er wel, dus schalde het clublied trots door de kantine van sporthal De Misse. Er is dan ook reden voor tevredenheid. „We zijn de dip van begin jaren 90 voorbij. Vanaf dat moment hebben we met de jeugd, met name in de leeftijd zes tot negen jaar, wat opgebouwd. Ons jongensteam is zelfs een keer Nederlands kampioen geworden”, vertelt Particolare- voorzitter Wim Pijnenburg. „Voor een club uit zo’n kleine gemeente als deze spelen we ook een redelijk hoog niveau. En dat voornamelijk met spelers die we zelf hebben opgeleid.” Daarmee voldoen de Dungense mannen ruimschoots aan de verwachtingen voor dit seizoen: meedraaien en een plek in de middenmoot van de tweede klasse veroveren. Met de punten van dit weekeinde erbij staat Particolare op 53 punten: goed voor de tweede plaats. „Onze aanpak, met een hoofdtrainer en een techniektrainer die extra trainingen geeft om spelers nog beter te maken, werpt zijn vruchten af. Daarnaast heeft deze ploeg een mooie ‘bank’. De invallers doen niet veel onder voor de basisspelers”, aldus Pijnenburg. Het ledenaantal is in de afgelopen vijftien jaar meer dan verdubbeld, zo’n zestig vrijwilligers zetten zich in voor Particolare en de club heeft met het binnenhalen van een nieuwe sponsor (sinds 2003) ook ‘rust’ gekregen op financieel vlak. Pijnenburg: „ Het is heel mooi dat een sponsor ook kansen ziet bij een club die net boven de middenmoot uitsteekt. Dankzij onze sponsor zitten we niet in de financiële zorgen.” Dat daardoor de naam Donki Sjot heeft moeten plaatsmaken voor Particolare/ DS vindt hij niet zo’n bezwaar. „We hadden eerder ook al eens onze naam aan een sponsor verbonden. Bovendien staat DS nog steeds voor Donki Sjot. Al hoor je supporters, als het goed gaat, tijdens de wedstrijd nu ook Particolare scanderen.” Maar daar was zaterdag weinig reden voor. In een moeizame wedstrijd wordt ‘slechts’ met 3-1 ( 25- 22, 21- 25, 25- 21, 25- 13) gewonnen van het op de elfde plaats verkerende Hands Up. „In de tweede set staat de tegenstander ons gewoon uit te lachen”, weet trainer Jiel van Aartrijk. Hij heeft wel een verklaring voor de mindere periode van zijn ploeg. „Een aantal spelers in onze selectie is ziek of niet fit. Ton Scheij was deze wedstrijd met afstand de beste speler. Hij wees ons echt de weg. Maar andere spelers waren helaas minder.” En als de moeilijke wedstrijden toch gewonnen worden, kan promotie (de nummer twee in de competitie mag promotie-/ degradatieduels spelen) er dit seizoen zomaar inzitten. „ Er zit veel potentie in dit team”, vindt Van Aartrijk. „We kunnen bij vlagen prima spelen, maar als het niet loopt, moeten wij ook hard werken voor de punten.” Maar promotie is voorlopig nog niet aan de orde. „ Om mee te blijven doen, hebben we een fitte selectie nodig, dus het komt goed uit dat we volgend weekeinde vrij zijn.” Bron: Brabants Dagblad
- 'Matthijs van Nieuwkerk schond afspraak'
Peter R. de Vries voelde zich 'gelummeld' na afloop van de uitzending van De Wereld Draait Door van maandag. Dat laat hij weten tegenover DePers.nl. Volgens De Vries stond zwart op wit dat er in de maandaguitzending van De Wereld Draait Door 10 minuten over de media-optredens van De Vries in de VS zou worden gesproken en 4 minuten over het boek dat door een collega van De Vries is geschreven. Toen de aftiteling al liep werd door presentator Matthijs van Nieuwkerk pas over het boek begonnen. "Het zou nog eerder 5 minuten over het boek worden, zeiden ze nog", aldus een ongeamuseerde misdaadverslaggever. "Omdat ze al vaker een afspraak niet waren nagekomen had ik het dit keer zwart op wit laten leggen." De Vries confronteerde daarom Van Nieuwkerk nog tijdens de uitzending met de afspraak. Die liet echter weten van niets te weten. "Hij liegt", aldus De Vries. "We hebben het vandaag nog besproken met het productieteam en ook met hem. En dan doet hij in de uitzending of hij van niets weet. Dat is geen stijl." De Vries vindt dat hij met de reprimande jegens de presentator van dienst genoeg zijn punt heeft gemaakt. "Ik wil best nog vaker in hun uitzending komen, ik vraag me alleen af of ze mij nog willen hebben." Het was absoluut boeiende televisie. Al vanaf het begin heerste er een gespanne sfeertje tussen de twee ‘mannetjes’. Peter waant zich deze weken een absolute ster en beet ook als zodanig van zich af waar dat kon. Matthijs heeft vaker aangetoond moeilijk met dit soort gedrag om te kunnen gaan en ook nu liet hij zich eigenlijk onnodig gaan. Hij had de regie in handen maar toch ook weer niet. Gebonden aan allerlei afspraken en voorwaarden waaronder Peter langs zou komen was de vrijheid van de presentator danig ingeperkt. Of dat de werkelijke reden is dat Matthijs het boekje nauwelijks noemt – wraak – is slechts gissen. Misschien was hij het echt vergeten, of vond hij de aanprijzing en een enkele verwijzing naar het ‘boekje’ voldoende. Wie weet. Het zat bij Peter echter diep. Zichtbaar boos – bijna geëmotioneerd – liet hij zich op het eind van het programma helemaal gaan. Niet handig, maar wel begrijpelijk. Hij wilde Matthijs en de zijne toch even ‘betrappen’. En was het nou echt zo erg dat het boekje weinig ter sprake kwam? Natuurlijk niet. Het ging om het principe. Toch zegt het fragment veel over Matthijs, Peter, deze tijd en de televisie van het moment. De wereld wordt doorgedraaid met afspraken, contracten, exclusieve rechten en grote ego’s. Het programma maakte gisteren dan ook weer heerlijk zijn naam waar.
- Een cheque met grote betekenis voor CliniClowns
“Dit is heel bijzonder,” aldus CliniClowns-ambassadeur Wil Vermeulen. Het komt namelijk niet vaak voor dat zijn stichting uit handen van nabestaanden een donatie mag ontvangen. “We ontvangen wel vaker donaties, maar dit heeft natuurlijk een grote impact op deze mensen.” Het geld werd opgehaald door middel van donaties op de crematie en de verkoop van spulletjes die Anika had nagelaten. De cheque ter waarde van 1500 euro heeft daarom volgens Vermeulen grote betekenis. “Deze mensen zijn kenners. Als zij zo’n signaal afgeven zegt dat natuurlijk écht iets. Hun Anika is groot geworden met de CliniClowns.'” Het laat volgens hem ook zien hoe belangrijk hun werk is. “Hieruit blijkt hoe groot de impact van zoiets is op zo’n meisje en op de rest van het gezin. De familie weet dat zo’n clown niet zo maar eventjes langskomt.” Anika kreeg niet alleen CliniClowns aan haar bed, maar maakte ook gebruik van de website Villa Neuzenroode. Een plek op internet die zorgt voor afleiding en interactie, waar afspraken kunnen worden gemaakt voor webcamsessies met clowns en medepatiënten. Ook ging ze vaak naar films of het CliniClown Gala.Anika’s nicht Kim van Zoghel ging jarenlang mee. “Ik vond het geweldig wat de CliniClowns deden.” Zowel Anika als Kim wilde dan ook later CliniClown worden. En voor Kim komt die wens nu dichtbij. “Dit jaar mag ik meedoen aan een workshop op dat gebied. Ik werk nu nog met kinderen die problemen of achterstanden hebben, maar ooit wil ik graag zelf als CliniClown aan de slag.” Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 11 februari 2008
- ‘Leven van Anika was een lach en een traan’
Laatste wens van de één jaar geleden overleden Anika is vervuld. door Kasper Paping SCHIJNDEL – “Anika’s leven bestond uit een lach en een traan.” Het zijn de emotionele woorden van moeder Hannie op deze bijzondere zaterdag in februari. Bijzonder voor de familie Van Doremalen uit Schijndel. Zaterdag precies een jaar geleden, op 9 februari 2007, overleed Anika van Doremalen – 15 jaar – aan de complicaties van een aangeboren hartziekte. Nu is Anika’s laatste wens in vervulling gegaan: een cheque – uit handen van nichtje Kim van Zoghel – voor ‘haar’ CliniClowns. Geld dat is ingezameld door vrienden en familie. In plaats van bloemen wilde ze dat mensen een donatie zouden geven aan deze stichting. “Deze dag geeft een dubbel gevoel”, vertelt Hannie van Doremalen. ,,Het is heel erg confronterend voor ons, maar aan de andere kant heeft het organiseren van dit alles en het bijeen brengen van het geld me veel energie en kracht gegeven. En Anika zou het niet anders gewild hebben.” In de maanden voor haar overlijden sprak Hannie met haar dochter over haar wens. “Anika zei dan: wat heb je aan al die bloemen als je overlijdt?”, aldus Hannie. “Ze wilde liever dat er een goed doel zou worden geholpen.” De keuze voor de CliniClowns lag voor de hand. “Anika groeide op met CliniClowns met wie ze een bijzondere band opbouwde. Ze brachten haar vaak een lach in moeilijke tijden.” Naast het in vervulling laten gaan van Anika’s wens is het voor de familie toch vooral een moment om herinneringen op te halen. Hannie: “Anika was zo dapper, sterk, lief en eigenwijs. Ondanks haar ziekte dacht ze altijd aan anderen. Anika had een heel ziek, maar vooral ook groot hart.” Tijdens haar ziekte moest Anika regelmatig opgenomen worden. Hannie: “Soms lag ze zich te vervelen in het ziekenhuis en brachten de CliniClowns weer leven in de brouwerij.” Het was dan ook dé manier om haar zinnen te verzetten. “Tijdens het clownsbezoek was Anika even helemaal de baas. Zij bepaalde hoe ver de clowns mochten gaan.” De gesprekken met Anika waarin ze aangaf wat ze na haar overlijden wilde, waren moeilijk voor moeder Hannie. “Daar hoor je helemaal niet mee bezig te zijn als je vijftien bent. Maar we zijn daar heel open in geweest. Ze was daar zelf ook heel duidelijk in. Dat was toch wel heel bijzonder.” Voor Hannie en haar man Gerard is het afgelopen jaar een stuk sociaal netwerk weggevallen. “Wij missen de uitstapjes met Anika ook. Daar genoten wij net zoveel veel van. Anika beleefde altijd wel wat.” Het besef dat hun dochter er niet meer is, moet nog een plek krijgen. “Het voelt nog allemaal als de dag van gisteren.” Zij en haar man praten dan ook veel over de gebeurtenissen van de afgelopen jaren. “En als de tijd daar is wil ik misschien mensen begeleiden die hetzelfde meemaken als wat wij nu doormaken. Maar alles op z’n tijd.” Komende donderdag, Valentijnsdag, is het precies een jaar geleden dat Anika werd gecremeerd. “We hebben een jaar zonder de echte aanwezigheid van Anika moeten leven, maar ze zal continu bij ons zijn en we zullen haar nooit vergeten. Voor ons blijft Valentijnsdag voortaan Anika’s dag.” Bron: Brabants Dagblad
- ‘Je wordt gewoon voorbij gelopen’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Sander Pijnenburg, leeftijd: 32 jaar Woonplaats: Waspik, sport: handbal bij Witte Ster’75 Al meer dan twintig jaar speelt Sander Pijnenburg bij Witte Ster’ 75. Het is dan ook al zijn zestiende seizoen in de basis van de ploeg uit de regioklasse B. Een seizoen dat voor zijn ploeg tot nu toe prima verloopt. Er werd pas twee keer verloren en de ploeg staat stevig op de eerste plaats. Ook dit weekend had Witte Ster geen problemen. Tegen VHC werd een zeer ruime overwinning behaald: 34-19. Ging het zo gemakkelijk als de uitslag doet vermoeden? “We hadden nog wat recht te zetten, omdat we eerder dit seizoen onze uitwedstrijd tegen VHC hadden verloren. We hebben goed gespeeld en eigenlijk hebben we zelfs nog verzuimd om nog meer afstand te nemen. We hebben snelle spelers, en moeten het met name hebben van onze goede dekking. Dat is echt een wapen van ons. VHC kon helemaal vrijuit spelen, omdat ze natuurlijk niet zo nodig tegen ons hoeven te winnen. Maar je moet ze niet in de wedstrijd laten komen en dat hebben we dan ook niet gedaan.” Hadden jullie verwacht dat het dit seizoen zo goed zou gaan? “Nee, we dachten dat het moeilijk zou worden. We hebben een aantal jonge jongens erbij en er is een nieuwe trainer gekomen. In het begin hebben we onnodig twee wedstrijden verloren, anders hadden we er nog beter voorgestaan. Daarnaast is een aantal spelers erg gegroeid. Vooraf hoopten we op een plek bij de eerste vier, omdat we niet precies wisten waar we stonden.” En je eigen spel? “De afgelopen jaren had ik altijd een basisplaats, maar dat is dit seizoen anders. Sommige spelers hebben zich heel goed ontwikkeld. Je wordt gewoon voorbij gelopen. Maar dat is natuurlijk ook een teken dat het goed gaat met het team. We hebben een goede jeugd en misschien kan ik in de toekomst helpen om die jeugd te begeleiden. Als wat oudere speler is het soms al lastig om genoeg aan trainen toe te komen, dus is het logisch dat ik nu minder aan spelen toekomt. Maar ik heb niets te klagen.” Maar het is nog te vroeg voor champagne? “Onze ploeg staat eerste, maar je weet nooit wat er nog gaat gebeuren. Elke wedstrijd is vanaf nu belangrijk. We laten dit jaar weinig punten liggen en dat is een goed teken. We gaan er honderd procent voor, al wordt het denk ik nog heel spannend. We juichen niet te vroeg, want het kan nog alle kanten op gaan. De wedstrijd tegen V en L 2 over een paar weken zal denk ik beslissend zijn. We hebben het in de eigen hand.” Bron: Brabants Dagblad
- Held en matennaaier
Het is blijkbaar een flinterdunne lijn tussen ‘held’ en ‘matennaaier’. Want Patrick van der Eem, de persoon die samen met Peter R. de Vries Joran ontmaskerde, wordt door het ene medium als waarheidsvinder neergezet, maar door – bijvoorbeeld – Fok voor ‘matennaaier’ aangezien. Letterlijk staat er in het ‘nieuwsbericht’ (het bericht is zó subjectief dat ik zelfs dit woord maar even tussen aanhalingstekens plaats): “Van der Eem, die zich op de Nederlandse tv ontpopte als 'matennaaier' na een half jaar Jorans beste vriend te zijn geweest...” Toch een kleine inschattingsfout. Want hoewel het máár Fok Frontpage is, moet dit toch even recht worden gezet. Van der Eem heeft juist vriendschap gesloten om de waarheid te ontrafelen. Hij heeft niet een bestaande vriendschap misbruikt om er zelf beter van te worden. De vraag is overigens of hij in dat geval wél matennaaier was geweest, maar dat ter zijde. Want wat zou jij doen als een vriend je zulke dingen zou vertellen? In dit geval was van het begin af aan de opzet om Joran ‘er in te luizen’. En dat is gelukt. Daar mag de beste man best een pluim voor krijgen. Sterker nog: ik vind de 25.000 euro die Patrick kreeg voor zijn maandenlange operatie vrij mager. En die arme Joran is toch maar mooi in het valletje gelopen. Eerlijk is eerlijk: ik had niet verwacht dat Joran direct betrokken was bij de verdwijning van Nathalie. Blijkt toch maar weer dat je niet altijd op je eerste indruk af moet gaan. En hoewel het bewijs misschien niet toereikend is voor een volwaardige straf, denk ik niet dat Joran er in moreel opzicht mee wegkomt. Dit krijgt hoe dan ook nog een gevolg. En dat dankzij deze held. Of was het nou een matennaaier?
- Handbal, ijshockey…Van der Laak is ’t om het even
In deze rubriek vertelt Edwin van der Laak uit Tilburg over zijn passies handbal en ijshockey. door Kasper Paping TILBURG – “Het mooiste bij GHV is de gemoedelijke sfeer. Dat is hier in Goirle toch anders dan in de grote stad.” Edwin van der Laak (43), trainer van handbalploeg GHV, komt uit een echt sportgezin en deed onder meer aan voetbal, handbal, volleybal, turnen en ijshockey. “Sport is mij met de paplepel ingegoten. Mede dankzij mijn moeder Lenie ben ik best ver gekomen.” IJshockey speelt hij nog altijd bij Midnight Players Tilburg en dat is naast het handbal zijn grote liefde. “Maar dat was een dure sport, dus ben ik daar pas op latere leeftijd mee begonnen.” Als assistentcoach is hij tegenwoordig betrokken bij de ijshockeywelpen – Van der Laak traint onder anderen zijn zoon – en sinds afgelopen zomer is de Tilburger handbaltrainer bij GHV. “Ik was net terug van vakantie toen ik gebeld werd met de vraag of ik interesse had om in Goirle als coach aan de slag te gaan. Samen met mijn vrouw hebben we letterlijk agenda’s getrokken om te kijken of er nog ruimte was voor handbal. Gelukkig heeft mijn vrouw ook een sporthart en vindt ze handbal ook leuk.” Na gehandbald te hebben bij Tachos en Artemis (toen nog VOLT/ HVT) stopte Van der Laak begin jaren negentig met die sport. Door een longziekte moest hij het rustiger aan gaan doen, maar al snel ‘begon het te kriebelen’. Zodra het beter ging met zijn gezondheid pakte hij de draad weer op door te gaan ijshockeyen en handbaltrainingen te geven. Eerst bij HVT en later bij Tachos ging hij (destijds 36 jaar) weer zelf handballen, tot hij daar drie jaar geleden mee stopte. “Ik had toen al trainerscursussen gedaan en de jeugd bij Tachos getraind.” Even wennen was het wel, na drie jaar zonder handbal weer als coach op het veld. “Maar de techniek verleer je niet, al verandert er natuurlijk wel veel in de sport. Ik kan nu ook veel uit het ijshockey gebruiken in de handbaltrainingen. Sommige ijshockeyoefeningen heb ik vertaald naar de zaal. Verdedigen is altijd de hoofdmoot. Als de verdediging goed is, hoef je niet bang te zijn voor aanvallen van je tegenstander.” De sporten lijken volgens hem erg op elkaar. Een keuze tussen handbal en ijshockey kan hij niet maken. “Dit zijn beide wel typisch sporten waarbij je wat meer moet doen om goed te worden.” Hoewel ijshockey de naam heeft, is handbal volgens hem zeker niet minder gemeen. “Ik weet hoe hard het er bij beide sporten aan toe gaat. En bij ijshockey ben je tenminste nog beschermd.” Over zijn eerste seizoen bij GHV is Van der Laak tevreden. “Het verloopt goed en de mensen zijn tevreden, al zeggen ze het ook eerlijk als er iets is.” Toch had er nog ietsje meer ingezeten. “We hebben een paar wedstrijden weggegooid. Als we die gewonnen hadden, stonden we nu bovenaan. Maar de kern van onze selectie is niet daarvoor niet breed genoeg.” Met de toekomst is hij nog niet bezig. “Ik probeer hier een goede handbalsfeer te creëren, spelers positief te benaderen en GHV een trapje omhoog te brengen. Plezier is in sport heel belangrijk. Er zijn ‘drie helften’ in de sport en die zijn alledrie even belangrijk.” Bron: Brabants Dagblad
- Winnende ‘jonkies’ EBBC mogen uit z’n dak gaan
“Werk je uit de naad deze wedstrijd, want dan geniet je straks nog meer van het carnaval.” Met die opdracht stuurde EBBC-coach Cor van Esch zijn spelers dit weekend het veld in. En of het daardoor kwam of niet: de Bossche basketballers wonnen het duel van de Cangeroes met 70-67. Echt druk was het niet afgelopen zaterdagavond bij basketbalclub EBBC. Een man of twintig publiek heeft zich – al dan niet verkleed – in sporthal De Schutskamp verzameld voor het duel met de Utrechters. Het is dan ook carnavalsweekend. “Maar normaal is er niet veel meer publiek hoor,” vertelt een in Oeteldonks gewaad geklede supporter. Het mag dan feest zijn in Den Bosch, maar daar is op de tribune nog niet veel van te merken. De wisselspelers van de uitploeg maken nog het meeste lawaai. “Mijn spelers konden me in ieder geval goed verstaan,” lacht Van Esch. Ook voor hem is het apart om dit weekend te moeten spelen. “Ik ben een echte carnavalsvierder. Maar carnaval begint ook eigenlijk pas op zondag hè. Als we zondag hadden moeten spelen had ik demonstratief in mijn Oeteldonkse kleren op de bank gezeten, maar gelukkig is er rekening met de carnavalsvierders.” En de Bossche spelers kunnen zich met gerust hart in het feestgedruis storten, want de overwinning is een prestatie van formaat. “Ik ben heel erg tevreden over de wedstrijd. Op sommige momenten waren we heer en meester, maar we hadden ook weer ons traditionele zwakke kwart,” aldus Van Esch. In het derde kwart kwam EBBC lange tijd niet tot scoren en draaide de Cangeroes een achterstand van zes punten om in een voorsprong van vijf punten. “Ik heb tegen mijn spelers gezegd dat ze rustig moeten blijven. Maar daar heb je geroutineerde spelers voor nodig. Onze oudste speler is nu 27 jaar, dus dit is een hele jonge ploeg.” Er moest dan ook heel wat bijgestuurd worden door de ervaren coach. “Het is leuk om te zien dat de ploeg de wedstrijd wint, ondanks de fouten die we maken. Bovendien hebben we op het laatst de wedstrijd goed uitgespeeld.” Door deze overwinning (de zesde in de laatste zeven wedstrijden) strijdt Den Bosch nu nog volop om de vierde plaats. Toch verloopt het seizoen voor het onervaren EBBC met ups en downs. “We hebben vier nieuwe spelers moeten inbouwen in het team. Daarnaast hebben we grote talenten, zoals Patrick Frimpong, die nog een beetje geslepen moeten worden. Dat kost tijd; daar heb je wel twee of drie seizoen voor nodig. Hopelijk kunnen we ons volgend seizoen voor de play-offs plaatsen. Misschien dat we het jaar daarna aan de titel mogen denken.” De spelers van EBBC hoeven zich met carnaval in ieder geval niet in te houden. Van Esch: “Ze weten wel wat ze kunnen hebben. Bovendien moeten ze ook gewoon een keer uit hun dak kunnen gaan. Vanavond gaan ze met de hele spelersgroep op stap. Dat tekent hoe goed de sfeer in de groep is en dat is heel wat waard.” En dan staat zijn ploeg er volgende week gewoon weer. “We komen pas donderdag weer bij elkaar. Ze weten dan dat ze hebben gezondigd, dus het wordt bikkelen komend weekend.” Scores EBBC: Paanakker (21), B. Mutsaerds (13), Gaarthuis (10), Tillemans (9), Boer (5), Frimpong (5), Smits (4), Williams (3) Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 4 februari 2008
- Tielemans (46!) hopt tussen Londen en Habo
In deze rubriek vertelt Marius Tielemans uit Boekel over zijn passie handbal. door Kasper Paping BOEKEL – “Langzamerhand zijn er steeds meer mensen gestopt van mijn generatie.” Marius Tielemans (46) heeft – met een onderbreking van een aantal jaar – zijn handbalcarrière vooral in Boekel doorgebracht. Tegenwoordig speelt hij bij Habo’95, hekkensluiter in de eerste klasse. De laatste spelers waarmee hij in de jeugd ook speelde, zijn onlangs gestopt. “Maar als keeper kan je toch wat langer mee, omdat het minder fysiek is. Het draait vooral om ervaring.” Tielemans begon toen hij tien jaar was bij de jeugdbeweging KPJ, een boerenorganisatie waar veel sporten samenkwamen. “Handbal was in die tijd enorm populair en we hadden een grote club. En een fanatieke groep.” Toen hij ging studeren in Eindhoven, besloot hij daar ook te gaan handballen. Eerst bij Oktopus, later bij Pius X. “We zijn toen nog eens kampioen geworden in de tweede divisie. In Eindhoven had je veel goede clubs.” Met plezier kijkt hij terug op die periode. “Hoogtepunt was toch wel mijn deelname aan het WK handbal voor militairen in 1987. We speelden in grote stadions in Rhijad (Saoedi-Arabië, red.) en dat was toch wel heel bijzonder. En we zijn toch nog mooi achtste geworden dat toernooi.” De keeper keerde begin jaren negentig terug naar het Boekelse Habo. Daar trainde hij ook de jeugd. “Maar toen ik ging werken, werd dat minder. We hadden een goede ploeg. Een echt vriendenteam ook.” Toch stopte hij in die periode een paar jaar met handballen, om enkele jaren geleden weer te beginnen. “Bovendien werd ik trainer van het jeugdteam waar mijn oudste dochter Nicole in speelde.” Voor zijn huidige baan zit hij elke week een paar dagen in Engeland. Desondanks is hij er in het weekeinde gewoon bij. “Ik probeer vrijdag ook hier te zijn zodat ik de jongens ook buiten de wedstrijden zie, maar dat is wel moeilijk. Doordeweeks train ik in Londen bij Ruislip. Ik kwam er laatst achter dat daar de eerste doelman van het Engels team ook meespeelt. Maar in Engeland wordt de sport voornamelijk door ‘ buitenlanders’ beoefend.” Nu hij zo veel weg is voor zijn werk en de meeste leeftijdgenoten zijn gestopt, denkt hij er wel over om te stoppen. “Het is een mooi moment om het stokje over te dragen aan de jeugd. We hebben een heel talentvolle 16-jarige keeper in de jeugd spelen. Ik heb beloofd om te blijven spelen totdat hij er klaar voor is.” Voorlopig vindt hij handbal nog veel te leuk. “Bovendien blijf je er fysiek ook goed onder.” Als Tielemans stopt, wordt de gemiddelde leeftijd van Habo’95, waar buiten hem voornamelijk jongens van rond de twintig jaar spelen, nog verder naar beneden gedrukt. Die jeugdigheid heeft dit seizoen ook z’n weerslag gehad op de resultaten. “Deze jongens kunnen het wel. Ze zijn alleen nog erg jong en hebben de ervaring dus nog niet. Je kunt bekeken een wedstrijd winnen, maar dat zit er nog niet genoeg in. Als dit team bij elkaar blijft, kan het zeker nog twee klassen hoger spelen. Maar dan moeten we wel zorgen dat we dit jaar niet degraderen. Het niveauverschil tussen de klassen is namelijk erg groot.” Bron: Brabants Dagblad
- White Demons kijkt weer omhoog
Berkel-Enschottenaren thuis moeiteloos langs streekgenoot GHV. BERKEL-ENSCHOT – Dankzij een verrassend ruime overwinning voor de handbalsters van White Demons op streekgenoot GHV kan de ploeg uit Berkel-Enschot weer omhoog kijken. En op de 27-13 overwinning viel niets af te dingen. “We waren vooral als team vanavond heel goed”, aldus Demons-trainer Roland van Raaij. In de lekker volle sportzaal ’t Ruiven in Berkel-Enschot kwam White Demons zaterdagavond goed uit de startblokken. Demons, dat na een tot nu toe teleurstellend verlopen seizoen op de elfde plaats is beland, was erg gemotiveerd. Van Raaij: “Gezien het aantal blessures in het team had ik dit resultaat niet verwacht. We hebben een leuke, sportieve band met GHV, maar we gingen er wel voor.” En dat was te merken ook. Demons liep, in een sportieve wedstrijd, binnen twee minuten uit naar 2-0 en bleef de eerste fase veel druk zetten. De Goirlenaren creëerden weinig en waren slordig in de opbouw. “Het draaide niet goed. We maakten veel afspeelfouten en na de vroege achterstand lieten sommigen het koppie hangen”, constateerde GHV-coach Jack van Dooren. Dankzij onder meer doelpunten van Yvonne van Esch liep de thuisploeg eenvoudig uit naar een 155 ruststand. “Dan is de wedstrijd al gelopen”, aldus Van Dooren. “Ook in de tweede helft begonnen we zwak. We hebben ook een keepersprobleem. Onze eerste twee keepsters zijn geblesseerd, waardoor ik een keepster van het tweede team moest gebruiken.” Demons-trainer Van Raaij was tevreden met de instelling van zijn team. “De afspraken in de dekking werkten goed. We hadden in tien minuten tijd vijf goede onderscheppingen. Dan weet je dat de tegenstander onzeker wordt.” Toch begon zijn ploeg onrustig aan de tweede helft. “Ik heb in de rust gezegd dat we er nog lang niet zijn. We maakten iets meer fouten, maar geleidelijk aan ging het weer beter.” Demons-keepster Monique Vissers was met enkele goede reddingen belangrijk, evenals de pas 17-jarige jeugdspeelster Karlijn Bertens die drie keer scoorde. De ruime overwinning van de bijna-hekkensluiter gaf maar weer eens aan hoe dicht het niveau in de eerste klasse bij elkaar ligt. “Tachos steekt er bovenuit, maar verder kan iedereen van iedereen winnen”, denkt Van Raaij. “Met een goede instelling is er veel mogelijk. We hebben het soms op mentaal vlak laten afweten dit seizoen. We hebben in vijf wedstrijden die we uiteindelijk hebben verloren, ver voor gestaan.” De overwinning laat zien dat de ploeg van Roland van Raaij tot veel meer in staat is, dan wat het tot nu toe heeft laten zien. “Als we het hele seizoen een compleet team hadden gehad, stonden wij nu bij de bovenste ploegen”, denkt de Demons-coach. GVH-collega Jack van Dooren is ook niet tevreden met de positie van zijn ploeg. “Door nu te verliezen maken we het onszelf onnodig moeilijk. Ik baal ervan dat we niet gewonnen hebben, want dan hadden we een flink gat geslagen met de ploegen onder ons. Nu is het verschil nog maar twee punten en wordt het iedere wedstrijd knokken voor ons.” Doelpunten White Demons: Yvonne van Esch (7), Sandra de Korte (6), Anneke Vugts (4), Karlijn Bertens (3), Patty van Esch (2), Anouk Vromans (2) en Lisa Heystek (2). GHV: Davina Buster (5), Francoise Boum (2), Wendy Kolsteren (2), Cristel van Amersfoort (2), Wendy Obbens (1) en Simone Wouters (1). Bron: Brabants Dagblad
- ‘Er is genoeg ruimte om het leuk te hebben’
UIT DE KLEEDKAMER Naam: Bas van de Ven, leeftijd: 23 jaar Woonplaats: Kaatsheuvel, sport: handbal bij White Demons Na dertien jaar spelen bij DESK, de club uit zijn woonplaats Kaatsheuvel, werd hij anderhalf jaar geleden gevraagd om bij White Demons (eerste divisie) te gaan spelen. En tot nu toe heeft hij absoluut geen spijt van die beslissing. Vorig seizoen miste de club uit Berkel-Enschot op doelsaldo een plek in de play-offs om promotie. Dit seizoen verloopt wisselvalliger: de White Demons staan op de twaalfde plaats met veertien punten uit achttien wedstrijden. Uit tegen Hurry Up uit Zwartemeer ging het dit weekend nipt verkeerd met Van de Ven’s ploeg: 28-26 (12-9). Was het een verdiende nederlaag? “Het was vooral erg rommelig aan beide kanten. We kwamen een paar doelpunten achter, maar het niveau van de ploegen was heel hoog. Ze maakten net iets beter gebruik van de kansen. De wedstrijd was voor ons drie minuten te kort om het spannend te maken. Als de wedstrijd langer had geduurd hadden we kunnen winnen. Maar we leden te vaak onnodig balverlies. Op sommige momenten hebben we ook gewoon pech gehad. Daarnaast hebben we 2,5 uur in de bus gezeten, dat helpt natuurlijk ook niet mee.” Ben je wel tevreden over het seizoen van de Demons? “Het begin was zwaar, maar tegen het einde van het jaar zijn we beter gaan spelen. Voor veel spelers was het even wennen, een paar nieuwe jongens moesten zich aanpassen aan het niveau. Nu zit er meer tempo in ons spel. De laatste vier wedstrijden waren goed en als we die vorm kunnen vasthouden gaan we zeker nog een paar plaatsen klimmen.” Waar ligt het plafond voor de Demons? “De top van de eerste divisie moeten we kunnen halen. De jonge spelers zullen nog beter worden, dus de komende jaren kan het alleen maar beter gaan. Dit team heeft veel potentie. Maar dit seizoen moeten we proberen in de middenmoot te eindigen.” En wat zijn je persoonlijke ambities? “Ik heb een heel matig seizoen gedraaid, maar de laatste wedstrijden is ook mijn spel weer ietsje beter geworden. Deze wedstrijd had ik wat last van een lichte hamstringblessure waardoor ik er niet volledig voor kon gaan. Maar de ambitie om naar een eredivisieclub te gaan heb ik niet. Ik begin binnenkort aan een avondschool en werk daarnaast veel, dus ik heb er de tijd ook niet voor. Bovendien is dit een hartstikke mooie vereniging. Ook in het team is het altijd een gezellige boel. Er moet hier ook gepresteerd worden, maar er is genoeg ruimte om het leuk te hebben samen.” Bron: Brabants Dagblad
- Plumpudding
Voor sommige dingen hoef je niet veel te doen. Zo wordt het bijvoorbeeld vanzelf wel een keer Oud en Nieuw. En dat terwijl de vorige nog maar net was afgelopen voor mijn gevoel. Vorige jaarwisseling waren we in het mistige Haren, zagen we geen hond voor ogen en reden we met het handje aan de vangrail – het zicht was ongeveer vijf centimeter – diep in de nacht terug naar Groningen. Nou en nu zijn we dus alweer een jaar verder. Een jaar waarin we de carnavalsoptocht langs ons huis zagen trekken, ik mijn onderzoek over allochtonen in het Brabants Dagblad afrondde, we het Nederlands Elftal zagen schitteren en zagen falen, we eerst naar Italië en vervolgens nog naar Oostenrijk en Zwitserland op vakantie gingen. Direct gevolgd door mijn stage bij PSV, waar ik werkelijk mijn laatste beetje energie stak in deze ‘droom’ en zo mijn school na 4,5 jaar kon verlaten met een diploma. En waarin we plannen maakten om te gaan trouwen. Voor de verandering vierden we oudejaarsavond bij onze lieftallige D. in Groningen, waarbij er helaas geen plaats was om de oudejaarsconference van Youp te kijken (sommige mensen hebben echt geen gevoel voor traditie 😉 )! Maar mij hoor je verder niet klagen. Na enkele glazen champagne (te weinig) verplaatsten wij ons in de koude nacht naar het ‘Carnaval de Pudding’-feest in de Puddingfabriek, waar we nog nooit zoveel foute mensen bij elkaar zagen. Ook de aankleding en de invulling was teleurstellend. Je vraagt je af hoe mensen die zoiets organiseren met droge ogen een toegangsprijs van twintig euro durven te vragen. Waarschijnlijk omdat types als ik er toch wel ‘intrappen’. Ik wacht trouwens nog steeds op mijn gratis welkomstdrankje. Dus als iemand van de organisatie dit leest: stuur mij even een mailtje om een goede regeling te treffen. Aan alle anderen: een gelukkig nieuw jaar en ook alvast voor komend jaar, want schijnbaar is het om voordat je er erg in hebt…
- Duiven weg, woningen erin
Veel historische bijzonderheden in pandjes Schilderstraat. Nu leven er nog duiven en groeien op sommige plaatsen zelfs plantjes uit de voorgevel. Maar de duiven worden gevangen en de voormalige hoerenpanden in de Schilderstraat worden binnenkort gerenoveerd tot vijf appartementen en twee winkels. Bij het bouwhistorisch onderzoek, ter voorbereiding van de verbouwing, zijn enkele unieke elementen aangetroffen. „We hebben op sommige plaatsen stucwerk van de muren gehaald en daar kwam heel bijzonder oud metselwerk achter tevoorschijn”, aldus projectleider van Zayaz, Wilt de Boer. Woningcorporatie SWH (de voor-loper van Zayaz) kocht de panden in zooi. Daarvoor waren hier vanaf de jaren zeventig raamprostituees gevestigd. Tot begin dit jaar werden de pandjes bewoond door krakers. Op sommige plaatsen is de muur zo dun en broos dat er een nieuwe draagmuur naast gebouwd moet worden. „Maar het oude metselwerk blijft aan één kant van de muur zichtbaar.” Bij het bouwhistorisch onderzoek, zijn nog andere zaken ontdekt. „Houten balken zijn te zien in de muren en in de plafonds. Sommige zijn oorspronkelijk gebruikt voor de gevels en werden later in het gebouw hergebruikt.” De karakteristieke gevel van de panden zal ook behouden blijven. „Sinds 2004 is het pand een gemeentelijk monument. Daarom blijven zoveel mogelijk oude kenmerken intact.” Achter de pandjes, waar later schuurtjes en andere aanbouwen zijn neergezet, komt een binnenpleintje met tuintjes. „Ook hier blijven de historische achtergevels behouden.” Daarnaast zijn de kelders erg bijzonder, dus ook die blijven aanwezig in de panden. Als de werkzaamheden in januari beginnen, wordt er ook nog archeologisch bodemonderzoek gedaan. Op woensdag 12 december is er vanaf 19.30 uur een voorlichtingsbijeenkomst voor omwonenden in de Muzerije. De verbouwing moet begin 2009 klaar zijn. Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 29 november 2007
- Onbegrip bij Jumbo-klanten
Jumbo-klanten moeten niets hebben van gemeente en AH. ROSMALEN – Het is nog niet zover, Jumbo krijgt nog zes weken de tijd om een weerwoord te formuleren, maar de berichten over het mogelijk gedwongen vertrek van de supermarktvestiging uit Rosmalen, zorgen voor heftige reacties bij de klanten. Zoveel zelfs, dat in het Jumbo-filiaal aan de Graafsebaan een brief hangt waarop wordt uitgelegd dat van een eventuele sluiting vooralsnog geen sprake is. Bij de Jumbo-bezoekers krijgen de gemeente en Albert Heijn, dat bezwaar maakte tegen de Jumbo-vestiging, er van langs. “De gemeente heeft de komst destijds goedgekeurd, dus nou moeten ze niet terugkrabbelen. Dat hadden ze zich eerder moeten bedenken. Dit komt heel ongeloofwaardig over”, aldus een trouwe Jumbo-klant. Ze ziet het niet zitten om straks weer naar een andere winkel te moeten. “De Jumbo is hele prettige winkel en een stuk goedkoper dan de concurrent. Heel jammer en ik schrok er zelfs een beetje van.” Ook bezoeker Koos snapt niets van het besluit. “De AH is waarschijnlijk bang voor de concurrentie, maar ik vind het gewoon kinderachtig. Jumbo is een fijne zaak en als die moet verdwijnen ga ik zeker niet naar de AH.” Niet iedereen is al op de hoogte: “Moet deze winkel misschien weg? Dat zou erg jammer zijn. Jumbo is een goede winkel en ik ga dan ook nooit naar de AH, ook al woon ik er vlakbij. Als deze vestiging dicht gaat, ga ik wel naar de Jumbo aan de Rompertpassage. Dan maar iets verder rijden.” Er kwamen ook veel reacties via de site van de krant binnen. Een omwonende is als een van de weinigen wel blij als de Jumbo weggaat. “Wanneer ik eind van de middag thuis kom, kan ik bijna nooit in de buurt van mijn woning parkeren. Overal staan auto’s van Jumbo-klanten. Qua winkel is Jumbo niet verkeerd, maar niet op deze plek.” De parkeeroverlast valt volgens de bezoekers wel mee. “De gemeente moet gewoon toestemming geven voor meer parkeerplaatsen. Dan is die overlast ook zo voorbij.” “Gefeliciteerd gemeente, met dit goede besluit”, zegt een cynische klant. “Eerst vergunningen verlenen en dan zeggen dat de Jumbo daar niet hoort. Dat zullen ze bij de rechter wel winnen, of het zal wel een hoge schadevergoeding opleveren.” Daar sluit een ander zich bij aan. “De gemeente is weer lekker aan het blunderen. En AH kan het kennelijk niet hebben dat een veel goedkopere supermarkt succes heeft”, denkt hij. “Door deze handelwijze zal ik de AH voortaan links laten liggen.” Een vrouw met boodschappen aan het stuur weet het wel als tot protest-acties komt. “Dan zet ik m’n handtekening. De Jumbo is veel prettiger dan de AH. Ik ken zelfs AH-medewerkers die hier boodschappen komen doen.”
- ‘Als ik aan het knippen ben, kan iets nog groeien’
De Bossche kunstenares Veltkamp exposeert bij Dutch Design Week. door Kasper Paping DEN BOSCH – Vanaf afgelopen zaterdag exposeert de Bossche kunstenares Marjan Veltkamp in de Salon in Eindhoven. De tentoonstelling valt onder de Dutch Design Week die tot en met 28 oktober wordt gehouden. “Mijn kunst hangt daar tussen de vaste collectie, het Afrikaanse werk. Een heel mooie combinatie is dat geworden. De Afrikaanse kunst spreekt mij heel erg aan en die paste meteen ook heel erg bij mijn werk.” Ook de afstemming met de galerie is geslaagd. “Het werk doet iets met de ruimte.” Haar kunstwerken beginnen vaak met papieren knipsels die zij uitwerkt tot (meestal) driedimensionale voorwerpen. Als materiaal gebruikt de 44-jarige vaak leer en perkament. “Ik hou van mooie materialen die leven. De textuur van deze materialen is bijzonder. Je moet het bijna willen gaan voelen als je het ziet. Als ik veranderingen aanbreng aan mijn kunst moet dat functioneel zijn, maar vooral ook qua beeld iets toevoegen.” Het ruimtelijke aspect is belangrijk in haar kunstwerken. “Dat maakt de kunst spannend. Op de tentoonstelling hangt ook een werk dat beweegt, doordat het hangt aan een draad. Die beweging voegt dan iets toe.” Wanneer zij begint met een nieuw kunstwerk gaat ze niet eerst schetsen, maar pakt zij papier en een schaar. “Als ik ga tekenen, ligt het zo vast. Terwijl ik aan het knippen ben kan iets nog groeien. Vaak komt er iets heel anders uit dan wat je vooraf in je hoofd had. Je moet er heel open in stappen.” Waar ze eerder nog gebruiksvoorwerpen zoals tafels maakte, is ze daar de laatste jaren van af gestapt. “Ik heb zoveel dingen in mijn hoofd. Grote kunstwerken maken kost me te veel tijd. Dan maak ik liever zoals nu veel kleinere voorwerpen.” Ze hoopt dat haar kunstwerken iets met de mensen doet. “De werken hebben wel titels, maar die zijn meer voor mezelf. Zelf weet ik meestal wel wat het kunstwerk voor mij betekent als het af is, maar dan zien bezoekers er weer iets heel anders in. Dat is leuk.” Een heel enkele keer moet een kunstwerk nog ‘rijpen’ als het af is. “Dan zet ik het een, twee maanden weg en kijk ik daarna of het goed is of niet. Maar vaak weet je dat het goed is. Dat voelt als een soort verliefdheid.” De tentoonstelling is komend weekeinde tijdens de Design Week te zien: zaterdag en zondag van 12 tot 17 uur. En, in de weekeinden tot en met 11 november, ook van 12 tot 17 uur of op afspraak.
- Rosmalense Renee (15) naar Afrika
Leerlinge van het Pierson College naar Afrika voor goed doel. door Kasper Paping DEN BOSCH – Renee Oortwijn (15) vertrekt 20 oktober samen met haar lerares Judith de Weger naar Uganda om daar hulpacties van World Vision te bekijken. Het tweetal van het Pierson College in Den Bosch won de reis toen het meedeed aan een bewustwordingsactie tegen aids in Afrika. Samen met vier leerlingen en leraren van andere scholen, en de artiesten Ninthe en Rivelino, gaat het tweetal naar Uganda. “Om de projecten die Zip Your Lip daar ondersteunt te bezoeken, maar vooral om de Ugandese jongeren hoop te geven”, aldus Renee Oortwijn uit Rosmalen. Zip Your Lip is een organisatie die geld ophaalt voor kinderen in Afrika en daarmee ontwikkelingsorganisatie World Vision steunt. In Uganda zullen de Nederlandse leerlingen de hele week optrekken met leeftijdsgenoten uit dat land. Met de Zip Your Lip-actie begin dit jaar, werd in totaal 430.000 euro opgehaald. “Ik ben heel erg benieuwd wat ze met dat geld gedaan hebben. Er zijn investeringen gedaan in een school en een weeshuis. Nu kunnen we met eigen ogen zien wat er van terecht komt”, zegt De Weger. Ondertussen zullen Renee en de andere leerlingen op een website de belevenissen bijhouden. “We nemen ieder steeds een taak op ons tijdens de reis, waarbij we dan bijvoorbeeld filmen of een stukje schrijven voor de website”, legt Renee uit. “Een belangrijk onderdeel van de reis is voor bewustwording zorgen bij jongeren. Niet alleen bij de jongeren die meegaan, maar vooral ook bij de scholieren die straks hun verhalen krijgen te horen”, benadrukt Judith De Weger, die woonachtig is in Utrecht. Renee en Judith hebben de reis namens het Pierson College gewonnen bij de Zip Your Lip-actie. “Met Pasen hebben we geld opgehaald voor Zip Your Lip, door de leerlingen gesponsord 24 uur te laten vasten”, legt lerares De Weger uit. “Omdat het Pierson College bij de 15 scholen met de hoogste opbrengst hoorde, mochten we deelnemen aan een wedstrijd waarmee we deze reis naar Uganda konden winnen.” Na een voorronde waarin een filmpje over aids en armoede moest worden gemaakt, werden de makers van de beste tien filmpjes uitgenodigd voor een discussiedag. “Daar werden allemaal stellingen behandeld en werd gekeken of we een goed beeld hadden van wat er stond te gebeuren”, vertelt Atheneum-4 leerlinge Renee Oortwijn. Ze was tot nu toe niet verder weg geweest dan Portugal. “Ik kijk erg uit naar de reis. Vooral het contact met de Afrikaanse jongeren lijkt me heel erg leerzaam.” Op 28 oktober komt het gezelschap weer terug in Nederland.
- B-There festival tegen ‘Sjonnie Anita-imago’
door Kasper Paping DEN BOSCH – In en om de Verkadefabriek en in de w2 is zaterdag en gisteren het B-There festival gehouden. Een gratis cultureel evenement voor en door jongeren, dat dit jaar voor de tweede keer plaatsvond. Van graffiti, skaten en muziek tot film en doe-theater. Want er kon vooral veel zelf gedaan worden bij workshops en interactief theater. Bij ‘Grasland’ konden bezoekers, zonder voorbereiding met z’n tweeen een voorstelling spelen. Wat de deelnemers moesten doen en zeggen, hoorden ze door een koptelefoon. “Iedereen vindt het onwijs leuk en het is iedere keer anders, want niemand speelt de voorstelling hetzelfde. Vaak wordt achteraf pas duidelijk voor de spelers wat ze gedaan hebben”, aldus een van de bedenksters van de act, Caty Palmen. Even verderop konden de festivalgangers spullen inleveren, die mogen worden gepimpt. “Van een waterpistool hebben we een futuristische lasergun gemaakt”, aldus ‘pimpster’ Merel Brands. Ze is net bezig een tasje in neon kleuren te verven. “Tot nu toe hebben we geen klachten gehad”, lacht ze. Ook was er verdeeld over de twee dagen veel muziek te horen. Zo traden bekende bands als The Blackout, Moke en C-Mon Kypski op, afgewisseld met lokaal talent, zoals de drie jongens (17, 20 en 23 jaar) van de indie/rock-band Divided by Hearts. Zanger en gitarist Dennis Wintjens, vindt het goed dat er zo’n gratis festival voor de jeugd is. “Den Bosch heeft toch een beetje het imago van een ‘Sjonnie en Anita-stad’. In Tilburg zijn veel meer mogelijkheden voor beginnende bandjes”, aldus de Rosmalenaar. “De sfeer is echt goed, en het initiatief is geweldig, maar er had nog wel iets meer lokaal talent mogen opteden in plaats van de bekende acts.” Bezoekster Femke van den Buuse vond Divided by Hearts in ieder geval de moeite waard. “Ik kom eigenlijk voor C-mon Kypski, maar zij klonken ook super leuk.” In de voorstelling ‘Verboden te gapen’, vulden jongeren van Kunstbende, het onderwerp ‘nacht’, elk op hun eigen manier. Op de achtergrond waren foto’s en filmpjes te zien. “We dragen elk op onze eigen manier de zelfgeschreven verhaaltjes en gedichtjes voor”, legt schrijfster en speelster Gidi Heesakkers uit. “En het is hartstikke leuk om te doen. Alleen jammer dat het zo rustig was bij ons optreden.” De organisatie van het festival hoopte vooraf op 5000 bezoekers, maar tot en met gistermiddag bleef de teller op een paar duizend man staan. De aanwezige bezoekers zijn unaniem enthousiast. Zo ook Bob Peters: “Maar ik ben hier eigenlijk voor een schoolvak. Ik krijg hier CKV-punten voor.”
- Pierre Wind: ‘In kantine moet je gezond kunnen eten’
Aftrap van actie ‘Adopteer een kok’ op Van MaerIant College. Op het Van Maerlant College, locatie Bilderdijkstraat in Den Bosch, was gisteren de aftrap van de actie ‘Adopteer een kok’, in het kader van de Week van de smaak. Het college kreeg, als één van vijf scholen in Brabant, een kok aangewezen die in samenwerking met de school het menu in de kantine gezonder gaat maken. Jos van Grunsven, professioneel kok van zijn eigen ‘mobiele keuken’, krijgt die rol bij het Van Maeriant. „Zodat we de kantine structureel kunnen veranderen. Want dan pas heeft zo’n actie zin”, vertelt Van Grunsven. Bij de officiële aftrap was ook één van de initiatiefnemers, televisiekok Pierre Wind, aanwezig: „Ons doel is dat kantines van scholen hun assortiment uitbreiden. Daarvoor hoeven de kroketten en frikandellen niet verbannen te worden, maar leerlingen moeten wel voor gezond voedsel kunnen kiezen. Het is niet het een of het ander.” Gilbert de Rooij, beheerder van de kantine van het college, ziet een gezondere menukaart helemaal zitten. „We hebben de kantine op deze locatie van de school in eigen beheer, dus we kunnen behoorlijk sturen wat in ons assortiment zit. We hebben nu tosti’s en worstenbroodjes, en die zullen ook wel blijven, maar samen met de kok gaan we gezondere broodjes en soepen ontwikkelen. Nu sta ik hier nog iedere dag achter de bar, maar het is de bedoeling dat leerlingen kantinediensten gaan draaien. Ook krijgen ze een stem in de menukaart.” Eén van de leerlingen die gaat helpen is Roy van Leeuwen. „We gaan ieder een dag helpen in de kantine, broodjes smeren bijvoorbeeld. Ik vind het belangrijk dat gezond gegeten wordt, al eet ik ook wel eens een snack. Het is leuk dat we nu zelf ook invloed krijgen op wat in de kantine te koop is”, aldus de vierdeklasser, die volgend jaar naar de koksschool wil. „We beginnen met één gezond broodje en gaan geleidelijk meer gezond eten introduceren”, zegt ‘adoptiekok’ Van Grunsven. „Maar de taak van de kok is ook de schoolbesturen positief te stalken, door ze adviezen te geven over gezonder kantine-eten”, aldus Pierre Wind. „Als over vier jaar de helft van alle scholen een gezonder kantinebeleid voert, ben ik tevreden.” Oorspronkelijke publicatie: Brabants Dagblad, 26 september 2007
- Harde grappen uit het hart
Cabaretiers en andere kunstenaars klagen er steeds vaker over dat ze, door het toenemend aantal bedreigingen, niet meer alles kunnen zeggen over de islam. Volgens cabaretière Funda Müjde (45) – van Turkse afkomst en zelf geen moslim – hebben cabaretiers dit aan zichzelf te wijten: ‘Beledigen om het beledigen kan niet.’ Oorzaak van het geweld tegen artiesten is volgens sommigen dat moslims zichzelf te serieus nemen. Is dat zo? “Er zijn al eeuwen cartoons en liederen over de heersende macht in de islamitische wereld. Dat is juist dé manier waarop islamieten zich uiten. Het hele volk wordt wakker geschud door kunstenaars en films. De Mohammedgrapjes komen hier juist van allochtonen. Het punt is: als ík het zeg weten ze dat het uit een goed hart komt. Moslims zullen zeggen: die durft! Maar cabaretiers van nu roepen maar wat. Ze moeten zich eerst maar eens in het onderwerp verdiepen.” In hoeverre kunnen cabaretiers nog alles zeggen? “Ik ben geschrokken van enkele zaken die zijn voorgevallen en ik begrijp dan ook de angst. Maar vergelijk het eens met een land als Turkije. Daar worden politici, progressieven of mensen met een mening gewoon vermoord. Hier hadden we Mohammed B., die een kunstenaar (Theo van Gogh, red.) vermoordde, maar dat is zeldzaam gebleken.” Vindt u dat cabaretiers alles moeten kúnnen zeggen? “Dat hangt er vanaf. Als het maatschappijkritisch bedoeld is wel. Als het grof, bot of gewoon kwetsend bedoeld is kan dat niet. Ik stel mezelf altijd de vraag: met welk doel doe je het? Ik maak ook hele harde grappen, maar die hebben wel een maatschappijkritische boodschap. Beledigen om het beledigen kan niet.” Toch zegt u zelf: ik heb geen vrijheid van meningsuiting… “Zodra er iets over Ayaan Hirsi Ali wordt gezegd is dat meteen kwetsend, beledigend of bedreigend. Nederland is te klein als ík kritisch ga doen over Nederlanders. Dat is toch vreemd? Je hebt hier vrijheid van meningsuiting wanneer het zo uitkomt. Ik heb al jaren geen vrijheid van meningsuiting. Ik krijg hatemail van hier tot Tokio!” Moeten artiesten zich iets van bedreigingen aantrekken? “Op fysiek geweld ben ik altijd tegen, laat staan tegen geweld op artiesten. Die zijn er namelijk om te stoken in de samenleving; we kunnen niet zonder deze creatieve mensen. Maar je moet je wel afvragen waar het heen gaat. Het gaat namelijk over het wezen van mensen. Het is niet uit liefde dat er nu dingen over de islam gezegd worden door cabaretiers. Als je dingen uit liefde zegt, dán kan je een heleboel maken. Maar niet als je zelf geen band met het onderwerp hebt. Dat zag je bijvoorbeeld ook bij de cartoonrellen over de Deense cartoons. Die cartoons waren pure provocatie! Denk je dat de makers van die cartoons zich ook maar één seconde hebben bekommerd om de mensen om wie het gaat? Natuurlijk niet. Pas toen er een boycot op Deense producten kwam, werden er voorzichtig excuses gemaakt vanuit Denemarken.” Wordt het onderwerp ook niet enorm opgeblazen door de media? “Het wordt niet zozeer opgeblazen, maar het wordt maar van één kant belicht. Het tegengeluid wordt niet gehoord en ik heb er een hard hoofd in dat dat nog gaat gebeuren. Alleen de negatieve verhalen halen het nieuws, want de kranten moeten toch gevuld worden. Ik dacht altijd dat we met z’n allen aan het groepsbelang dachten. Maar schijnbaar is dat niet zo. Nederlanders en minderheden moeten samenwerken aan een betere samenleving. Daartoe nodig ik iedereen uit.” Oorspronkelijke publicatie: 22 mei 2007
- Gevoel voor humor is universeel
Het beeld van de vrome humorloze moslim, dat door de media wordt geschetst, is volgens Elena Simons, schrijfster van het boek ‘Pret met Moslims’ en onderzoeker Theo Meder van het Meertens instituut verre van correct. “Moslimhumor verschilt niet zoveel van autochtone humor”, aldus Meder. “Al zijn na 11 september de tegenstellingen wel weer scherper geworden.” Het is vlak voor 11 september 2001 als Theo Meder zijn onderzoek naar humor in de multiculturele wijk Lombok te Utrecht afrond. “Tot die tijd zag je dat de verschillende culturen in de wijk steeds dichter naar elkaar toegroeiden. Na de aanslagen in New York, gepleegd door moslims, zag je toch de multiculturele feesten veel minder uitbundig gevierd werden. De tegenstellingen werden uitvergroot”, blikt Meder, onderzoeker naar met name volksverhalen, terug. In de jaren na de aanslagen leest schrijfster Elena Simons veel negatieve berichten in de media over moslims. “Niet eens zozeer om het tegendeel te bewijzen wilde ik hier iets mee doen, maar ik vond die negatieve publiciteit interessant en daar speelde ik mee in mijn hoofd.” Tientallen belevenissen met moslims later was daar het boek ‘Pret met moslims’. Dit zou hét bewijs moeten zijn dat moslims geen vrome humorloze mensen zijn, maar dat er met hen net zo goed te lachen valt. “Eigenlijk is humor overal hetzelfde. Zo is er bijvoorbeeld overal domme blondjes-humor”, vertelt Theo Meder. “Moslimhumor verschilt niet zoveel van autochtone humor. Er zijn meer overeenkomsten dan verschillen”, legt hij uit. Elena Simons heeft ook gemerkt dat het met humor onder moslims wel goed zit: “Je kunt heus wel wat grappen maken. Zo heb ik gemerkt dat Marokkanen nogal plagerig zijn en dan helpt het als je zelf ook een plagerige houding aanneemt. Ermee dollen is eigenlijk de beste aanpak.” Turk, een Marokkaan en een Nederlander… Tijdens het onderzoek, ‘There were a Turk, a Moroccan and a Dutchman…’, kwam Meder veel in contact met Turken en Marokkanen uit de wijk en sprak hij met velen van hen. “Gevoel voor humor is universeel”, benadrukt Meder. “Maar de grens ligt niet overal hetzelfde.” Want waar in de Nederlandse samenleving de meeste grappen tegenwoordig normaal worden gevonden is dat door de nieuwe Nederlanders nog niet altijd overgenomen. “Het is op zich wel handig om te weten dat je beter geen grappen kunt maken over Allah, Mohammed of over de koran. Want dat kan een moslim in het verkeerde keelgat schieten”, vertelt Simons. Dat beaamt Meder. “Religieuze grappen liggen nog steeds erg gevoelig. Een leuke grap maken over Jezus kan gemakkelijker dan over Mohammed. Zelfs over Allah kan je nog een grapje maken als het respectvol gedaan wordt, maar van de profeet blijf je af. Met Mohammed valt niet te spotten.” Allahallee Daar kwam Elena tijdens het schrijven van haar boek gaandeweg ook achter. Ze liet de ideën voor haar boek lezen aan enkele moslims. “Van sommige dingen in de lijst zeiden ze: dit kan niet. Bijvoorbeeld ‘knutselen met de koran’ en de Allahallee. Dat is een straat waarin een moskee staat, maar dat kon ik volgens een proeflezer beter niet doen.” In haar boek is ook een fundamentalistische Ken-pop met baard opgenomen. “Dat kan. Maar je zou niet een Mohammed-pop moeten maken, want dan ben je grappig aan het doen over de profeet.” Een aantal zaken is voor moslims dus taboe. Maar in de westerse cultuur konden vroeger bepaalde grappen ook niet door de beugel. “Het is ook niet altijd zo geweest dat hier alle grappen kunnen”, legt Meder uit. “Honderd jaar terug kon je in Nederland ook geen grappen maken over bestialiteit (seks met dieren, red.) en dergelijke. Nu is die grens opgerekt en kan het allemaal wel, maar dat is dus ook nog niet zo lang het geval.” Eén van de vooroordelen is dat moslims een groot eergevoel en dus minder zelfspot hebben dan Nederlanders. “Maar dat kan ik niet goed beoordelen”, vertelt Simons. “Wél denk ik dat mensen die geen moslims kennen dat eergevoel overschatten. Er is veel zelfspot bij moslims.” Meder denkt dat moslims over het algemeen wel minder zelfspot hebben. “Maar”, benadrukt hij, “zoveel zelfspot hebben Nederlanders nou ook weer niet. Zelfspot zie je bijvoorbeeld veel bij Katholieken en Joden. Bij moslims is dat wel moeilijker, omdat ze vaak veel serieuzer met hun geloof bezig zijn.” De grens van humor blijft een vaag begrip. “Als er bijvoorbeeld één keer één imam is die iets griezeligs zegt over spotten met de islam, wordt dat meteen opgeblazen”, denkt Elena. “Alsof alle islamieten dan ineens tegen alle grappen over moslims zijn.” Toch snapt ze de angst van mensen voor de reactie van moslims wel: “Stel er zijn vijf moslims die het zó kwalijk vinden dat ze ook geweld op iemand willen loslaten, dan is dat natuurlijk al genoeg voor iemand om te denken dat hij misschien zijn mond gaat houden. Maar dat zegt niets over moslims.” Moslims aaien Vreemd genoeg kreeg Elena op bepaalde onderdelen van haar boek, zoals op het hoofdstuk ‘moslim aaien’, juist kritiek van autochtonen. “Al vonden sommige moslims het denk ik ook niet zo leuk. Maar het is wel opvallend dat er vooral werd gezegd: ‘oooh dat kan je die arme moslims toch niet aandoen’.” Toch vreesde ze het oordeel van moslims. “Ik was bang”, bekent Elena, “dat moslims mijn boek niet zo tof zouden vinden, omdat ik mensen daarmee in hokjes stop. Ik stigmatiseer bewust: ik neem een stigma en speel ermee zodat ik er meer lucht in breng.” Ondanks de vele overeenkomsten tussen moslimhumor en westerse humor, zijn er ook kleine verschillen. Meder: “Zo zijn sommige grappen wel erg soft. Bijvoorbeeld bij grappen over een populair figuur in moslimgrapjes, Nasreddin Hodja, kon ik vaak de clou niet plaatsen. Maar die onschuldige mopjes kennen we in de Nederlandse samenleving natuurlijk ook wel in mindere mate.” Maar waar maken moslims dan grappen over? Hebben ze net als wij Belgenmoppen bijvoorbeeld? “Het is wel zo dat Nederlanders tegenwoordig steeds vaker grappen maken over Turken of Marokkanen. Andersom zie je dat niet. Minderheden maken geen grappen over de heersende cultuur, in dit geval de Nederlanders”, aldus Meder. Zo vroeg hij tijdens zijn onderzoek een islamitisch jongetje naar grappen over Nederlanders. “Maar hij kwam niet verder dan te vertellen dat Nederlanders kaaskoppen zijn.” En wat is dan de grappigste minderheid? “Marokkanen zijn duidelijk de leukste”, vindt Elena. “Ze zijn levendiger en gekker dan Turken en zéker levendiger en gekker dan Nederlanders. Mijn collega is Marokkaan. Ook al is hij behoorlijk geïntegreerd, hij is wel – als ik het even mag generaliseren – een échte Marokkaan. Onbetrouwbaar, heel erg grappig en vlot. Dat maakt hen zowel lastig als heel leuk.” Veel kinderen van moslimouders behoren alweer tot de derde generatie. Met de tijd verandert ook de humor. “De oudere allochtonen, de eerste generatie, vertelt vooral het repertoire uit hun thuisland. Jongeren van verschillende afkomst maken nu vaak gebruik van een menging van grappen uit verschillende culturen”, aldus Meder. “Zo hoor je nu veel vaker: ‘Er was eens een Turk, een Marokkaan en een Nederlander…’ Dat zijn nieuwe grappen die ontstaan in multiculturele wijken.” In het boek van Elena Simons lijken moslims af en toe ook te pronken met hun negatieve imago dat de samenleving van hen heeft. “Een logische en goede reactie”, zegt Simons. “Want sommige moslims in mijn boek worden als erg controversieel bestempeld. Journalisten halen de extreme dingen eruit. Als je in zo’n situatie komt snap ik dat je daar ironisch over gaat doen.” Maar ondanks de moeilijkheden gaat het de goede kant uit concludeert ook onderzoeker Meder. “Er is steeds meer begrip naar elkaar toe.” Alleen betreurt hij de negativiteit die is ontstaan na de aanslag van 11 september en de cartoonrellen. “En waarschijnlijk hebben veel mensen die boos zijn over die cartoons, ze zelf niet eens gezien. De islamitische wereld voelt zich al een tijdje aangevallen door de westerse wereld”, ziet Meder. “Dan word je misschien wat sneller boos dan normaal.” Couscous De communicatie tussen de diverse bevolkingsgroepen verloopt dan ook nog niet altijd optimaal. “Tussen de verschillende culturen staan nogal wat muurtjes in. De eetcultuur, ja die mengt wel. We eten allemaal wel eens couscous. Maar verder blijft de menging beperkt tot een enkel straatfeest”, aldus Meder. “De interactie blijft erg oppervlakkig.” “Kijk maar naar bijvoorbeeld de buurthuizen. Bij een feestelijke avond voor álle bewoners dan zitten alle Nederlanders, alle Turken en alle Marokkanen elk aan een eigen tafel. Dat komt”, vertelt Meder, “bijvoorbeeld doordat ze allemaal hun eigen taal willen spreken. Soort zoekt soort. Dat was vroeger ook al zo in Nederland. Toen zochten Katholieken en Protestanten elkaar ook al op. En er zijn natuurlijk ook een heleboel vooroordelen.” Na 2 november 2004 werd de sfeer tussen de bevolkingsgroepen er niet beter op. “Toen Theo van Gogh werd vermoord, ontstonden er ineens een heleboel evenementen om moslims en niet moslims met elkaar in contact te brengen. Wat ze daar vaak deden was een debat organiseren”, analyseert Elena. “Terwijl ik denk dat gezellige activiteiten veel beter werken, dan mensen serieus tegenover elkaar plaatsen. Zet ze aan een tafel en laat ze onverwachte opdrachten maken, zodat er wel grappige dingen moeten ontstaan. Zorg dat ze samen moeten lachen. Dat werkt denk ik heel goed.” Elena is ondertussen positief over de toekomst: “Ik denk dat er genoeg raakvlakken te vinden zijn qua humor tussen allerlei culturen in Nederland. In veel gevallen kunnen mensen grappen naar elkaar toe wel waarderen.” Oorspronkelijke publicatie: 21 mei 2007
- Vastenavend 2007
Dinsdag 20 februari 2007, 23.45, Bergen op Zoom Na vier dagen feesten in het Brabantse land is het weer voorbij. Krabbegat is weer gewoon Bergen op Zoom en mensen doen hun boerenkielen weer uit. Voor de mensen die denken dat het hier slechts een zuipfeest betreft heb ik een belangrijke mededeling: dat klopt. Althans, dat is één van de vele bijzaken. Je neemt een gezellige kroeg in gedachten. Nou bedenk eens hoeveel mensen er maximaal in die kroeg zouden passen, vermenigvuldig dat aantal met vier en je hebt een gemiddelde vastenavendkroeg. Mensen versieren ondertussen hun huizen en elkaar, winkels zijn gesloten, wildvreemden begroeten elkaar alsof het de grootste vrienden zijn en de straten veranderen al snel in confettiheuvels. Of het nu het geouwehoer van de mensen op straat is of een voorbijtrekkende dweilband. Overal komt geluid vandaan. Op iedere hoek van de straat gebeurt wel iets. Als je even niet goed uitkijkt loop je een kleuter omver die glazen ophaalt voor café’s. Hij krijgt er een zakje snoep voor terug als hij er elf heeft. In de café’s zelf is het warm, druk en vol met alcohol. Je leutneutbonnen zijn in te wisselen voor eten en drinken. Ga niet te ver van de bar af staan, want dan kan het een lange tocht worden op weg naar nieuwe consumpties. Er wordt dan ook heel wat af geduwd. Tegen de tijd dat je goed en wel weer op je plek staat voor een podium waar een bandje optreedt, is je bier alweer half leeg. En zo dweil je van de ene naar de andere gelegenheid. Op typisch Bergse vastenavendmuziek. Ga gerust mee in de praatjes over het goede weer, het slechte spel van de band of de hoge prijzen van de frikadellen want het hoeft allemaal nergens over te gaan. Na een stuk of vijf kroegen, zes dweilbandjes en vijftien biertjes is het intussen laat op de avond geworden. De fanatiekelingen blijven over en met de verkregen honger lijkt drie euro voor een hamburger ineens een koopje. Even naar het toilet gaan is er ook niet bij, want dan moet je jezelf eerst helemaal naar het achtereind van de kroeg wurmen en als je pech hebt daar ook nog aansluiten in een rij. Toch blijft iedereen even vriendelijk en dat wordt naarmate de avond vordert steeds vriendelijk. Ondertussen is het tijd geworden voor een wandeling naar huis, om vervolgens vergeten genoeg water te drinken. De vastenavend heeft plaats gemaakt door verkoudheid en brakheid, zoals het hoort. De kraai is gevallen (het officiële einde van de Bergse vastenavend), de leutneutbonnen zijn op; 2007 was een goed jaar.
- Martin Bril
Het probleem van bewaren, is dat je later met je ‘rommel’ geconfronteerd kan worden. Mijn rommel zat vandaag in een semi-transparant groen mapje van de Hema. Ik wist niet eens meer dat ik het had en ben nog nooit zo blij geweest om op een donderdagmiddag een semi-transparant groen mapje van de Hema terug te vinden, als vandaag. Benieuwd maakte ik het open en er kwamen allerlei papieren met oude artikelen uit. Eerst wel leuk natuurlijk, want zo maak je nog eens iets mee op een donderdagmiddag in Zwolle. Toen ik begon te lezen betrok echter mijn gezicht. Wat een baggerzooi. Niet om door te komen wat een slechte journalistiek. Heb ik dan toch nog zoveel geleerd de afgelopen tweeënhalf jaar? Maar aan de andere kant: columns schrijven kan ik nog steeds niet. Niet echt althans. Toen mij een paar maanden geleden gevraagd werd wat ik later wilde worden (en dit is geen geintje) heb ik geantwoord dat ik wel een soort nieuwe Martin Bril wilde worden. Iedere dag een stukje in de krant. Originele invalshoek, speels taalgebruik, veel overbodige kennis en detail. En daarnaast dan wat korte verhalen en boeken schrijven. Als het zo uitkomt iets journalistieks doen, zoals een verkiezing verslaan, of een reportage maken. Het probleem is alleen: hoe word je Martin Bril. Of beter: hoe word je wél net zo goed als Martin Bril, terwijl je tóch een eigen geluid laat horen en stijl laat zien. Hoe krijg je iedere dag überhaupt zo’n stukje vol. Als ik Martin Bril was had de Volkskrant heel wat Theo-van-Gogh-achtige columns gehad (zoals een tijd lang het geval was in Metro na de moord: een lege bladzijde). En realiseer ik me dat met deze keer erbij, dit de vierde keer wordt dat ik Martin Bril zeg in deze alinea? Dat zie ik Martin Bril nog niet zo snel doen. Nee, bedacht ik me terwijl mijn leraar vertelde over creatief schrijven en bewonderende woorden sprak over Martin Bril, ik ben er nog lang niet. Als ik er al ooit kom. Eén ding is me bijgebleven (ik hoor jullie al denken: nou die let goed op in de klas!) en dat was detail. Martin Bril laat het verhaal leven door kleine details. Ogenschijnlijk overbodig, maar heel erg belangrijk. Snel sla ik mijn semi-transparante groene mapje van de Hema met A4’tjes rommel erin, dicht. En het zoemt nog even na in mijn hoofd. Zou Martin Bril ook zo begonnen zijn?
- Douwe
Al jaren ben ik kind aan huis bij de plaatselijke damclub. De mensen daar zijn nog gewone no-nonsense mensen; echte Groningers dus. De nuchterste Groninger van allemaal is echter die Fries. Stijlvolle grijze haren, altijd netjes in model gekamd. Altijd ook netjes in een strak pak. Statig loopt hij door de zaal langs de damborden. Zijn rode wangen en ondeugende blik in zijn ogen verraden zijn liefde voor het damspel. Hij was een groot dammer en speelde op het NK tussen de grote mannen. Later, 11 december 1976, werd hij met zijn club (Roxy dual) Groningen, Nederlands kampioen. De andere topspelers van toen, Jannes van der Wal, Hans Jansen, Ton Sijbrands, bleken passanten; Douwe de Jong bleef Groningen trouw. Hij zag dammers komen en gaan, werd achtentwintig maal clubkampioen en speelde de laatste jaren in de tweede klasse met zijn club. ‘Slechts’ in de tweede klasse, want hij kón veel hoger spelen als hij had gewild, maar de clubliefde ging voor. Hij was naast ‘onze’ beste speler: erevoorzitter, teamcaptain en suikeroom van de club. Aan zijn kennis van en enthousiasme voor het spel kon iedereen op de club zich optrekken. Douwe overleed afgelopen weekend op veel te vroege leeftijd aan een hartstilstand. Hij laat een enorme leegte achter, die niet op te vullen valt. Wij hebben niet alleen onze beste speler en een fantastisch mens verloren, maar vooral ook de ‘ziel’ van onze club.